Schizofrenie weerspiegelt zich in de hersenstructuur van elke persoon
Schizofrenie is een complexe stoornis die de waarneming, het denken en de emoties aantast. Uit een nieuw onderzoek van de Universiteit van Zürich blijkt dat deze verschillen in symptomen ook tot uiting komen in de structuur van de hersenen van de patiënten.
De symptomen van schizofrenie variëren sterk van persoon tot persoon. Bij sommige patiënten zijn er vooral waarnemingsstoornissen, terwijl bij anderen sprake is van een ernstigere cognitieve stoornis. "In die zin is er niet slechts één schizofrenie, maar zijn er vele, elk met verschillende neurobiologische profielen", legt Wolfgang Omlor uit, eerste auteur van de studie die is gepubliceerd in het ' American Journal of Psychiatry '.
Om deze verschillen aan te pakken, stellen onderzoekers dat er behoefte is aan een precisiegeneeskundige aanpak, met therapieën die zijn afgestemd op elk neurobiologisch profiel. "Daarvoor zijn methoden nodig die zowel individuele verschillen als overeenkomsten op neurobiologisch niveau onderzoeken", voegt Omlor toe.
In het onderzoek werd de variabiliteit in de hersenstructuur van patiënten met schizofrenie geanalyseerd. Er werden verschillende kenmerken beoordeeld, zoals de dikte en het oppervlak van de hersenschors, het vouwpatroon en het volume van dieper gelegen hersengebieden.
De gegevens zijn afkomstig van het ENIGMA- project, een internationaal initiatief dat hersenbeelden verzamelt van meer dan 6.000 mensen in 22 landen. Dankzij deze grote database konden onderzoekers de hersenstructuur van duizenden patiënten met schizofrenie vergelijken met die van gezonde personen. Zo konden ze een nauwkeurige en betrouwbare beoordeling van structurele verschillen maken.
De resultaten suggereren dat variaties in de hersenstructuur verband kunnen houden met verschillen in symptomen tussen patiënten. Er werd echter ook een gemeenschappelijk kenmerk bij alle patiënten gevonden: de uniformiteit in de hersenplooiing in het middenfrontale gebied, wat duidt op een specifiek ontwikkelingspatroon bij mensen met schizofrenie.
Omdat het proces van hersenvouwing in de vroege kinderjaren wordt voltooid, geven de bevindingen aan dat de hersenontwikkeling in deze fase minder flexibel is bij patiënten met schizofrenie, met name in de gebieden die verantwoordelijk zijn voor de integratie van gedachten en emoties.
"Deze bevindingen vergroten ons begrip van de neurobiologische basis van schizofrenie", aldus Philipp Homan, hoogleraar aan de Universiteit van Zürich en hoofdauteur van de studie. "Hoewel uniformiteit in de vouwing van de hersenen kan wijzen op mogelijke mechanismen van ziekteontwikkeling, kunnen regio's met een grotere structurele variabiliteit van cruciaal belang zijn voor het ontwerpen van gepersonaliseerde behandelingen in de toekomst."
abc
