'Van kant wisselen': het antwoord van de gouverneur van Antioquia dat aanleiding gaf tot Petro's reactie

President Gustavo Petro en de gouverneur van Antioquia, Andrés Julián Rendón, zijn deze zondag 9 november 2025 een nieuwe confrontatie aangegaan op sociale media.

De uitwisseling begon nadat de president voorstelde om het idee van Groot-Columbia opnieuw op te bouwen via een confederatie van soevereine naties. Rendón bekritiseerde dit initiatief fel en drong er bij hem op aan zijn rol als opperbevelhebber van de strijdkrachten en de politie ten volle uit te oefenen.

In zijn boodschap stelde Petro voor dat de landen die in 1819 deel uitmaakten van Groot-Colombia – Colombia, Venezuela, Ecuador en Panama – zich zouden kunnen verenigen in een confederatie met een “gemeenschappelijk parlement en een gezamenlijk presidentschap, zoals de Europese Unie dat doet.” Volgens de president zou het doel zijn om Simón Bolívars integratieproject nieuw leven in te blazen door middel van een constituerende overeenkomst tussen regeringen.

Gouverneur Rendón antwoordde: "Ik stel voor dat u van kant wisselt en opperbevelhebber van de strijdkrachten en de politie wordt. Verdedig de burgers en stop met het vleien van uw bondgenoten van de totale vrede: bandieten van alle rangen en standen die onder uw bestuur zijn gegroeid en sterker zijn geworden." Hij nodigde hem ook uit om het Tunja-bataljon "en zijn soldaten en hun mensen" te bezoeken.

Petro reageerde met een lange boodschap waarin hij de gouverneur ervan beschuldigde een politiek project te vertegenwoordigen “gebaseerd op de alliantie tussen politieke macht en drugshandel in Antioquia en andere regio’s.” Hij herinnerde eraan dat hij in 1997 de banden tussen lokale leiders en paramilitaire groeperingen had veroordeeld.

De president beweerde dat zijn regering het laagste moordcijfer in decennia heeft, verdedigde de noodzaak om illegale economieën te transformeren en ongelijkheid te verminderen, en verwierp Rendóns beschuldiging, die hij omschreef als een poging om "links te criminaliseren". Hij concludeerde door te stellen dat degenen die hem aanvallen "niets weten van democratie of verschillen, alleen van eliminatie."