Wanneer de privédetective door zijn cliënt wordt aangeklaagd

Een klant die klaagt over de gebrekkige uitvoering van een overeenkomst, kan de rechter verzoeken om de "ontbinding", dat wil zeggen de nietigverklaring met terugwerkende kracht, van de overeenkomst uit te spreken op basis van artikel 1217 van het Burgerlijk Wetboek . Dit is wat de volgende zaak in herinnering brengt.
Op 24 december 2020 ontbood mevrouw X de heer Y, hoofd van het Ferner Investigations Agency, aan wie ze vier jaar eerder een missie had toevertrouwd. Ze verklaarde dat ze hem op 28 december 2016 had gevraagd onderzoek te doen naar de heer X, die in een echtscheidingsprocedure zat en verdacht werd van ontrouw.
Hun contract voorzag in een salaris van € 4.814 inclusief btw voor 54 uur (d.w.z. € 74 exclusief btw per uur), de onmiddellijke betaling van een voorschot van € 2.400 en de indiening van een rapport na volledige betaling van honoraria en onkosten. Mevrouw X beweert dat zij het rapport nooit heeft ontvangen.
De heer Y beweert daarentegen dat hij het hem op 16 januari 2017 heeft overhandigd, tegelijk met zijn factuur. Hij geeft aan dat hij geen kopie heeft bewaard, "overeenkomstig de verplichtingen van artikel E-24 van de nationale gedragscode en praktijk van privédetectives."
89 euro inclusief btw per uurIn dit laatste wordt echter aangegeven dat indien "het elektronisch opgestelde rapport wordt vernietigd na een bewaartermijn van één jaar nadat het origineel aan de cliënt is verstrekt" , een papieren kopie "wordt bewaard in het dossier ter archivering, voor het geval de cliënt later om een kopie verzoekt, ter mededeling aan zijn raadsman of voor persoonlijk gebruik" .
Het Hof van Justitie in Straatsburg ging hier echter niet op in. Op 30 juni 2022 oordeelde het Hof dat de onderzoeker niet had aangetoond dat hij het betwiste rapport aan zijn cliënt had overgelegd. Het Hof verklaarde de overeenkomst ontbonden op grond van artikel 1217 van het Burgerlijk Wetboek en beval de terugbetaling van de € 4.814.
De rechercheur gaat in beroep en overlegt dit keer het rapport dat een IT-bedrijf van de harde schijf van zijn computer heeft gehaald. Dit document verwijst naar "44,5 uur surveillance" van meneer X, tussen 2 en 10 januari 2017, " tien uur reizen, 1 uur en 45 minuten consultatie en 1 uur en 30 minuten rapportage en facturering." Meneer Y overlegt ook een certificaat van een stagiair die beweert met hem aan de zaak te hebben gewerkt (veldwerk en schrijfwerk).
Je hebt nog 17,1% van dit artikel te lezen. De rest is gereserveerd voor abonnees.
Le Monde