Zaak Belgiorno, onderzoek loopt nog: commissiekosten in de schijnwerpers

25 juni 2025

De gemeenteraadslid van de Broeders van Italië Claudio Belgiorno
Prato, 25 juni 2025 – Claudio Belgiorno , raadslid van FdI, verliet afgelopen donderdag samen met de hele centrumrechtse fractie de raadszaal uit protest en maakte een niet onopgemerkte grap: "Wij zullen de presentiegelden niet eisen". Nooit was een grap toepasselijker. Belgiorno wordt sinds januari vorig jaar onderzocht door het parket van Prato in verband met de "zaak" van onkostenvergoedingen met betrekking tot de periode tussen januari 2021 en maart 2022, toen de regering- Biffoni nog aan de macht was. Het dossier is nog niet afgesloten. Volgens wat naar voren is gekomen, heeft de gemeente een kleine 35 duizend euro aan vergoedingen betaald aan "Mi piace eventi srl", een bedrijf dat evenementen organiseert en dat in die periode slechts één werknemer in dienst had, Belgiorno zelf, voor zijn afwezigheid op het werk, gerechtvaardigd door institutionele verplichtingen (het totaal komt neer op 36 duizend euro met vergoedingen aan een ander bedrijf waar het raadslid werkte). Niet alleen de vergoedingen aan het bedrijf zijn onduidelijk. Volgens wat naar voren is gekomen, zou Belgiorno in augustus 2021 15 vergaderingen van de raadsfractie hebben bijeengeroepen waaraan alleen hij deelnam. Een vreemd feit, aangezien de werkzaamheden van de raadsfracties in augustus doorgaans vrijwel stil liggen. Afgelopen zomer bevestigde het raadslid de hoogte van de vergoedingen die de gemeente had betaald in de maanden dat hij voor "Mi piace eventi srl" werkte (voor een totaal van 810 uur) en benadrukte hij dat "alles wat hij ontving (van het bedrijf dat hem inhuurde) in overeenstemming is met de in die periode gewerkte uren", een politieke activiteit "die altijd door de gemeente Prato wordt geverifieerd en verifieerbaar is". Het raadslid herinnerde er ook aan dat hij "de meest aanwezige" was geweest en dat hij had deelgenomen aan "het werk van twee commissies". Kortom, hij was er zeker van dat hij "documentair en met getuigenissen" alle politieke activiteiten kon traceren die in die 15 maanden dat hij in dienst was, waren uitgevoerd en die de basis zouden vormen voor de door de gemeente betaalde vergoedingen. De zaak is inmiddels in het vizier van het Openbaar Ministerie gekomen, dat de zaak nog steeds onderzoekt.
La Nazione