Hoge bloeddruk: het belang van meten, naleven en communiceren

Hoge bloeddruk blijft een onderwerp van gesprek, zowel in wetenschappelijke artikelen als in gesprekken in koffiebars. Niet alleen omdat het wereldwijd zo vaak voorkomt, maar vooral omdat het de grootste risicofactor is voor hart- en vaatziekten en cerebrovasculaire aandoeningen – de voornaamste doodsoorzaken ter wereld.
Arteriële hypertensie (HTA), of "hoge bloeddruk", wordt gediagnosticeerd wanneer de bloeddrukwaarden bij meting op de praktijk voortdurend boven de 140/90 mmHg liggen, of 135/85 mmHg thuis. Deze meting is eenvoudig en voor iedereen haalbaar. Het is echter aan te raden om dit al vanaf 3 jaar te doen, tijdens een afspraak met de kinderarts. Daarmee weten we meteen dat het om een ziekte gaat die nooit ouder wordt, ook al komt deze steeds vaker voor naarmate de jaren verstrijken. Het moet ook een meting zijn die correct wordt uitgevoerd, volgens de instructies van de apparaten, bij voorkeur gevalideerd en met een manchet (manchet goed geplaatst, blote arm, rug rustend, benen niet over elkaar, zonder te praten, enz.). Het is een ziekte met een genetische component en komt dan ook vaker voor als er familieleden zijn met HTA, maar het heeft vooral een zeer sterke omgevings- en gedragscomponent: een hoge zoutconsumptie, een sedentaire levensstijl, roken, een dieet rijk aan vetten, overgewicht, stress, zelfs niet-herstellende slaap en vervuiling zijn factoren die aanzienlijk bijdragen aan de ontwikkeling of slechte bestrijding van de ziekte.
diariocoimbra