Het bezoek van João Lourenço aan Brazilië moet zich richten op samenwerking in de landbouw

Crispim Senga, een Angolees expert op het gebied van internationale betrekkingen, zei vandaag dat het bezoek van de Angolese president aan Brazilië de samenwerking op het gebied van landbouw moet versterken, aangezien het land "zichzelf intern moet organiseren" om buitenlandse investeerders aan te trekken en te behouden.

"Het belangrijkste politieke doel van het bezoek van de president van de republiek, João Lourenço, aan Brazilië is het versterken van de bilaterale betrekkingen tussen de twee landen, met een focus op de landbouwsector", aldus Crispim Senga vandaag, verwijzend naar het recente bezoek aan Angola door een Braziliaanse zakendelegatie.

In een gesprek met Lusa, in het kader van het bezoek dat vrijdag gepland staat, is de specialist van mening dat de resultaten op de middellange of lange termijn zichtbaar zullen worden en dat de praktische uitvoering van de ondertekende overeenkomsten hiermee verdedigd zal worden.

Crispim Senga beseft dat de resultaten van het bezoek niet alleen afhangen van het hoofd van de Angolese regering, als belangrijkste drijvende kracht achter het buitenlandse beleid van het land, maar vooral van zijn assistenten bij de uitvoering van de verschillende overeenkomsten die het land heeft ondertekend.

De uitvoerende macht moet de mogelijkheid hebben om de ondertekende overeenkomsten te analyseren en te evalueren om te weten of ze worden uitgevoerd en “of ze een impact hebben op de kwaliteit van het leven van de Angolezen”, merkte hij op.

Volgens de Braziliaanse overheid zal João Lourenço op 23 mei naar Brazilië reizen om met zijn ambtgenoot Lula da Silva voorstellen te bespreken voor bilaterale versterking van de landbouwsector.

Van 5 tot 10 mei was een Braziliaanse agro-industriemissie met ongeveer 30 Braziliaanse ondernemers in Angola, onder leiding van de minister van Landbouw en Veeteelt Carlos Fávaro. Zij namen deel aan regeringsvergaderingen en technische bezoeken in de provincies Luanda, Malanje en Cuanza-Norte. Ook waren er ontmoetingen met vertegenwoordigers van de Angolese particuliere sector om financieringsvormen te bespreken.

Senga benadrukte anderzijds het belang van het bezoek van João Lourenço aan het Zuid-Amerikaanse land, als een kans om buitenlandse investeringen naar Angola te trekken, binnen het kader van de economische diplomatie van het Angolese staatshoofd.

Hij merkte echter op dat buitenlandse investeringen in Angola niet zijn gerealiseerd zoals de autoriteiten hopen, vanwege een gebrek aan “interne organisatie om buitenlandse investeerders aan te trekken en te behouden”.

"Angola moet zichzelf intern organiseren om buitenlandse investeerders aan te trekken en te behouden, want op nationaal niveau worstelen we nog steeds met problemen van corruptie, instabiliteit en gebrek aan communicatiekanalen, elementen die geen investeerders aantrekken", zei hij.

"Geen enkele investeerder die bij zijn volle verstand is, zal investeren in een land waar hij geen garantie heeft dat hij de volgende dag rendement zal behalen", aldus de politieke analist.

Voor Crispim Senga, auteur van het boek “Afrika in de context van de nieuwe wereldorde”, dat donderdag in Luanda wordt gelanceerd, gaat João Lourenço naar Brazilië als president van Angola en niet van de Afrikaanse Unie (AU). Hij merkt daarbij op dat de Afrikaanse organisatie “met een gecoördineerde strategie werkt”.

Op de vraag of dit bezoek van de Angolese president, die tevens voorzitter van de AU is, in lijn is met de strategie van Angola als leider van het Afrikaanse blok, benadrukte de politieke analist ook dat de AU "een duidelijke agenda" heeft. Hij gaf echter wel toe dat de huidige leiding invloed kan uitoefenen op de agenda van de organisatie.

De Afrikaanse Unie "heeft een gedefinieerde agenda, wat betekent dat alle landen die het voorzitterschap op zich nemen, uiteindelijk een continu voorzitterschap hebben, het resultaat van een agenda die al bestaat op organisatieniveau. Uiteraard kan het land dat het voorzitterschap bekleedt, afhankelijk van het gewicht en de context, de agenda van de organisatie beïnvloeden door het een of ander element te introduceren", betoogde Crispim Senga.

Ongeveer 70% van de Braziliaanse export naar Angola is afkomstig uit de landbouwsector, met de nadruk op suiker en kip-, rund- en varkensvlees. Vorig jaar was dit goed voor 340 van de 493 miljoen dollar die naar het land werd geëxporteerd.