Selecteer taal

Dutch

Down Icon

Selecteer land

Portugal

Down Icon

Vrijheid wordt niet beperkt door Verdrag

Vrijheid wordt niet beperkt door Verdrag

Er zijn woorden die dieper resoneren dan andere. Vrijheid is daar één van. Het is niet gedefinieerd, het is gevoeld. Het wordt niet gemeten, het wordt beleefd. En als we het van bovenaf proberen te reguleren, in naam van een groter goed, dan is dat juist het moment waarop het via de kieren van de gehoorzaamheid zijn kracht verliest. Dan vervalt het in de veiligheidsmisvatting.

Tegenwoordig wordt er, onder de vlag van wereldwijde preventie en in de schaduw van goede bedoelingen, stilletjes een internationaal verdrag doorgevoerd dat de verhouding tussen burgers en macht ingrijpend en blijvend dreigt te veranderen. Het Pandemieverdrag, dat onder auspiciën van de Wereldgezondheidsorganisatie en met de expliciete steun van de Europese Commissie is onderhandeld, stelt een nieuw paradigma voor gezondheidsbestuur voor. Maar het gaat niet alleen om de volksgezondheid. Het is de architectuur van democratieën.

Het voorstel lijkt op het eerste gezicht verstandig: reageren op pandemieën, zorgen voor gelijke toegang tot gezondheidszorg, wetenschappelijke kennis delen. Het is terecht om de nobelheid van zulke bedoelingen te erkennen. Wij betwijfelen echter of de wereldwijde nomenklatura op dit punt van goede bedoelingen is. Wij weten heel goed dat in democratieën de weg naar de hel maar al te vaak geplaveid is met grootmoedige idealen die in de verkeerde handen terechtkomen.

Onder het voorwendsel van effectief beheer van toekomstige noodsituaties overwegen vertegenwoordigers van de Wereldgezondheidsvergadering om de WHO technische en normatieve bevoegdheden te verlenen die verder gaan dan wat redelijk is: de mogelijkheid om nationale beleidsmaatregelen te conditioneren met betrekking tot opsluiting, vaccinatie, digitaal toezicht en zelfs beperkingen op de publieke uiting van ideeën die (wie weet door wie en op basis van welke criteria) als ‘desinformatie’ worden geclassificeerd.

De WHO is een organisatie die niet gekozen is, die aan geen enkel parlement verantwoording hoeft af te leggen en die gefinancierd wordt door overheden en stichtingen met eigen belangen. Een orgaan dat aan de aandacht is ontsnapt, maar dat zichzelf wil profileren als het wereldwijde kompas voor de gezondheid, de bezitter en meesteres van ons volk. En dit met de steun van de Europese Commissie, die de hoeder van het Europese democratische project zou moeten zijn en niet de doodgraver ervan.

Het is buitengewoon ernstig dat de hoogste ambten in Brussel zich aan dit dystopische verdrag houden, zonder enig publiek debat, zonder overleg in de nationale parlementen en zonder een duidelijk mandaat van de vertegenwoordigde partijen. Europa, dat zijn burgers nabijheid en participatie beloofde, geeft vandaag de dag stilzwijgend zijn soevereiniteit op, alsof de wil van het volk er niet toe doet (en dat is blijkbaar ook zo) en nationale grondwetten obstakels zijn die overwonnen kunnen worden (en dat is blijkbaar ook zo). Door de lidstaten naar dit verdrag te duwen, verraadt de Europese Unie haar eigen oprichtingsideaal, namelijk dat van een gemeenschap van vrije en gelijke landen; niet van een menigte vazalstaten van een mondiale technocratische directory.

Portugal beschouwt zichzelf in haar grondwet als een soevereine en democratische republiek. En zonder het recht om vrij te beslissen, bestaat er geen soevereiniteit, zeker niet als het gaat om de opschorting van fundamentele rechten. Want dat is wat dit verdrag creëert: de mogelijkheid dat, in het geval van wereldwijde uitzonderingstoestanden, beslissingen over het werkelijke leven van mensen (of ze hun huis mogen verlaten, mogen werken, elkaar mogen ontmoeten, zichzelf mogen uiten) afhankelijk worden van autoriteiten die niemand heeft gekozen en die niemand kan ontslaan.

De grens tussen preventie en onderdrukking is uiterst dun. We zagen dat het tijdens de pandemie veelvuldig werd omgezet. Daar leren we hoe wetenschap, wanneer deze besmet is met angst en verdorven door politiek, een voorwendsel kan worden om de vrijheid te doden. Dit verdrag zal de weg vrijmaken voor tirannie met juridische inkt: het zal de sleutel tot de burgerlijke vrijheid overhandigen aan ‘experts’. En dat zal gebeuren zonder dat er een rechtbank, een sanctie of een schadevergoeding wordt verwacht als er iets misgaat. Wat als het misgaat? Wie zal antwoorden? Wie betaalt de schadevergoeding?

Wie is verantwoordelijk?

Wereldwijd bestuur kan en mag niet bestaan. Deze poging om het bestuur te globaliseren, moet vooral grenzen stellen. Grenzen die de waardigheid van de mens beschermen tegen macht. Dat zij de verdediging van de vrijheden, van de tegenspraak, van de voorzichtigheid, van de tijd voor politiek en ethiek (niet alleen die van hysterische urgentie) waarborgen.

Dit verdrag mag niet worden geratificeerd door een democratische staat die deze naam waardig is. Je kunt een fout niet bestrijden met een nog grotere fout. Je kunt je gezondheid niet beschermen door je vrijheid over te dragen aan technocraten. Crises kunnen niet worden voorkomen door de sleutels van een huis te overhandigen aan iemand die nooit is gekozen om het huis te beheren.

Het verwerpen van dit verdrag betekent niet dat we de wereldwijde solidariteit verwerpen. Het betekent dat men blinde onderwerping afwijst. Het is bedoeld om, met de kalmte van iemand die weet wat er op het spel staat, te bevestigen dat er grenzen zijn die zelfs een pandemie niet mag overschrijden. En dat Europa tussen angst en vrijheid een goede keuze moet weten te maken.

Wij hebben ieder de plicht om op te staan ​​– met onze stem, met onze woorden, met onze herinnering. Want het gaat om de aard van het politieke leven in Europa. Het Pandemieverdrag zou wel eens het Trojaanse paard kunnen zijn voor een nieuw tijdperk van technocratisch mentorschap. En als we nu zwijgen, is er misschien geen manier meer om wat in onze naam is ondertekend, ongedaan te maken.

observador

observador

Vergelijkbaar nieuws

Alle nieuws
Animated ArrowAnimated ArrowAnimated Arrow