Selecteer taal

Dutch

Down Icon

Selecteer land

Germany

Down Icon

Na de aanslag in Graz: wat massaschietpartijen met mannelijkheid te maken hebben

Na de aanslag in Graz: wat massaschietpartijen met mannelijkheid te maken hebben

Zelfs meer dan twee weken na de aanval is er nog weinig bekend over de motieven. Een goede vriend omschreef de 21-jarige uit Graz als een introverte eenling die graag first-person shooters speelde. Hij wilde blijkbaar bij het Oostenrijkse leger, maar werd geestelijk ongeschikt bevonden, aldus het Oostenrijkse Ministerie van Defensie. Hij stopte op 10 juni na de zesde klas met de school die hij zwaar bewapend had aangevallen.

Lees verder na de advertentie
Lees verder na de advertentie

Waarom de Oostenrijkse man tien mensen – negen leerlingen en één leraar – op zijn voormalige school doodschoot, blijft tot op de dag van vandaag onduidelijk. Hij pleegde daarna zelfmoord. Het was de ernstigste schietpartij op een school in het land tot nu toe.

Soortgelijke incidenten vinden steeds weer plaats: in Duitsland zijn de schietpartijen in het Gutenberg Gymnasium in Erfurt in 2002 en de Albertville Realschule in Winnenden in 2009 bijzonder gedenkwaardig. In Erfurt schoot een 19-jarige 16 mensen dood en pleegde vervolgens zelfmoord. In Winnenden was het een 17-jarige die op zijn oude school twaalf mensen doodschoot en nog eens twee terwijl hij vluchtte. Ook hij pleegde vervolgens zelfmoord.

Wat de ervaring suggereert, wordt bevestigd door wetenschappelijk onderzoek : bijna 100 procent van de daders van schietpartijen op scholen is man. Volgens een onderzoek van de Universiteit van Costa Rica naar mannelijkheid bij schietpartijen op scholen is 76 procent van de daders tussen de 12 en 21 jaar oud. Volgens een onderzoek van het Institute for Violence Prevention and Applied Criminology ligt de gemiddelde leeftijd net onder de 16 jaar.

Lees verder na de advertentie
Lees verder na de advertentie

Hoe is het mogelijk dat juist jonge mannen zulke radicale daden plegen? Zowel gesprekken met experts als de wetenschappelijke stand van zaken maken duidelijk: er is geen eenduidig ​​antwoord op deze vraag.

"Elke schietpartij moet individueel worden bekeken", zegt Manuel Heinemann, criminoloog en expert in dreigingsmanagement en de-escalatie. "Amok is altijd multifactorieel." Dit betekent dat er niet één enkele reden is waarom jonge mannen zulke daden plegen. Vaak is het een combinatie van verschillende oorzaken: een laag zelfbeeld, pesten, een gebrek aan sociale contacten en mediagebruik dat geweld verheerlijkt.

"Een schietpartij is doorgaans gebaseerd op een subjectief probleem. De dader heeft dus een logische reden voor zijn daden. Deze reden kan van alles zijn", legt Heinemann uit. Bij zogenaamde schietpartijen op scholen zien de daders de oorzaak van dit probleem vaak in de school zelf, zegt Rebecca Bondü. Zij is docent psychologie aan de Berlijnse School voor Psychologie en is gespecialiseerd in dergelijke schietpartijen.

Wraak is vaak een motief: "Het idee is om een ​​signaal af te geven en duidelijk te maken dat men zich beledigd en wanhopig voelt", legt Bondü uit. Net als terroristische daden zijn massaschietpartijen daarom zogenaamde symbolische daden.

Het aspect van pijn speelt een centrale rol, vooral bij adolescenten, legt Heinemann uit: "Adolescenten zijn vatbaarder voor gekwetste gevoelens. Bij hen gaat het vaak om narcisme." Heinemann benadrukt echter dat dit niet per se betekent dat de persoonlijkheidsstoornis pathologisch is.

Lees verder na de advertentie
Lees verder na de advertentie

Bovendien zijn psychologische beoordelingen van daders zelden beschikbaar, omdat ze vaak na het misdrijf zelfmoord plegen – studies tonen aan dat dit in 40 tot 50 procent van de gevallen het geval is. Daarom wordt een woedeaanval vaak een langdurige zelfmoord genoemd. Bondü is ook voorzichtig met overhaaste pathologische diagnoses: "Wat er eigenlijk achter zit, is een laag zelfbeeld. Ongeacht of dit narcistisch overgepland is of niet."

Betekent dit dat jonge mannen meer lijden en daardoor vaker op hol slaan dan vrouwen?

Ook hier is het antwoord niet eenvoudig. Verschillende studies concluderen dat dergelijke gewelddadige handelingen een soort mechanisme zijn voor de daders om hun mannelijkheid terug te krijgen, die volgens hen eerder beschadigd was door andere mensen of de groepsdynamiek.

Een onderzoek van de Universiteit van Costa Rica noemt bijvoorbeeld de uitsluiting van sportgroepen vanwege een vermeend gebrek aan ‘mannelijke’ lichaamsidealen als voorbeeld: in sommige gevallen blijven de getroffenen er bewust vandaan omdat ze geloven dat ze geen geschikt – d.w.z. sterk – lichaam hebben en worden ze vervolgens nog meer gepest en uitgesloten.

Lees verder na de advertentie
Lees verder na de advertentie

Net als een sterk lichaam wordt het gebruik van wapens van oudsher beschouwd als een teken van mannelijkheid, legt de studie uit. Wapens zijn dan ook een "fundamenteel instrument" om subjectief verloren of beschadigde mannelijkheid te herstellen.

"Het ideaal van mannelijkheid speelt zeker een rol", voegt Heinemann toe. "Als ik snel beledigd ben en me machteloos voel, heb ik de neiging mijn toevlucht te nemen tot een beeld waarin kracht een rol speelt." Dit beeld kan bijvoorbeeld worden uitgebeeld door first-person shooters, maar ook door andere massamoordenaars. Potentiële toekomstige daders zien hen als rolmodellen en identificeren zich met hen.

De mogelijkheid tot dergelijke identificaties en de mogelijkheid tot netwerken is dankzij internet nog verder toegenomen, benadrukken zowel Heinemann als Bondü. Zo was de dader in Graz duidelijk geïnspireerd door de schietpartij op de Columbine School in 1999, waarbij twee studenten dertien mensen en vervolgens zichzelf doodschoten, zo blijkt uit onderzoek . De misdaad wordt beschouwd als een keerpunt in de context van schietpartijen op scholen, ook omdat er daarna talloze video's opdoken die waarschijnlijk dienden als blauwdruk voor verdere massaschietpartijen op Amerikaanse scholen.

Een belangrijk antwoord op de vraag naar de rol van mannelijkheid bij bloedbaden ligt in de verschillende manieren waarop mannen met emoties omgaan. "Jongens en mannen hebben de neiging om te externaliseren", legt Bondü uit. Dat wil zeggen, ze richten hun agressie naar buiten, terwijl vrouwen die juist tegen zichzelf richten. Deze externalisatie van emoties wordt met name duidelijk bij een bloedbad, wat een zogenaamde verlengde zelfmoord is.

Na afloop van dergelijke misdrijven rijst vaak de vraag of ze voorkomen hadden kunnen worden. Een belangrijke factor hierbij is het zogenaamde lekken, oftewel het suggereren van een geplande geweldsdaad door de dader. Dit kan opzettelijk of onopzettelijk gebeuren.

Lees verder na de advertentie
Lees verder na de advertentie

Bondü is gespecialiseerd in haar onderzoek naar het proces van lekken. "De definitie van lekken is erg breed, gezien de uitspraken en het gedrag van mensen", zegt ze. Maar: "Lekken is alleen wat niet-betrokken mensen mogelijk kunnen waarnemen", legt Bondü uit.

Aanwijzingen voor een dreigend misdrijf kunnen zijn: aankondigingen, tekeningen, contacten met andere daders of bepaalde afscheidsacties, zoals het weggeven van persoonlijke spullen vóór de geplande misdaad. Het dragen van politie- of militaire uitrusting, zoals uniformen, is ook een waarschuwingssignaal, zegt Heinemann.

De moeilijkheid, legt Bondü uit, is dat lekgedrag sterk kan verschillen van dader tot dader. Soms zijn de uitspraken heel specifiek, soms vaag. Een waarschuwingssignaal: "Llekken houdt vaak in dat je dingen heel vaak herhaalt. Daardoor worden overeenkomstige fantasieën over een langere periode in verschillende contexten geuit", legt de psycholoog uit. "Uiterlijk dan is het tijd om er eens goed naar te kijken", waarschuwt ze.

Wat overblijft: "Er is geen eenduidig ​​daderprofiel. Je kunt niet met een checklist werken", zegt Bondü.

Lees verder na de advertentie
Lees verder na de advertentie

Vaak wordt er bij dergelijke geweldsdelicten van beschuldigd dat de dader te veel centraal staat, terwijl het lot van de slachtoffers naar de achtergrond wordt verdrongen. Dit bezwaar is terecht, zegt criminoloog Heinemann, maar: "Vanuit wetenschappelijk perspectief moet je de dader kunnen begrijpen om preventief te kunnen werken." Een verantwoorde benadering van het onderwerp, met name door de media, is echter belangrijk om copycat-effecten te voorkomen.

rnd

rnd

Vergelijkbaar nieuws

Alle nieuws
Animated ArrowAnimated ArrowAnimated Arrow