Amerikaans Hof van Beroep keurt verlenging van tarieven Donald Trump goed

Een Amerikaans federaal hof van beroep heeft uitstel verleend voor de tarieven die president Donald Trump heeft opgelegd, zowel de "wederzijdse" tarieven als de tarieven die verband houden met de "nationale noodsituatie".

Op 28 mei verklaarde het Amerikaanse Hof voor Internationale Handel deze tarieven ongeldig, met als argument dat de president zijn wettelijke bevoegdheid had overschreden. De regering-Trump diende echter beroep in.

Trump legde wederkerige tarieven op aan 185 landen of gebieden wereldwijd, variërend van 10 tot 50%, en autoriseerde een tarief van 25% voor Mexico en Canada en een tarief van 20% voor China vanwege onvoldoende medewerking in de drugshandel (met name fentanyl). In al deze gevallen werden de tarieven geheven op alle geïmporteerde producten, met enkele uitzonderingen.

Het Handelsgerechtshof oordeelde dat de tarieven tegen Mexico, Canada en China, die werden ingeroepen onder de International Emergency Economic Powers Act (IEEPA), geen oplossing bieden voor de fentanylcrisis. "Hoe succesvol deze diplomatieke strategie ook mag zijn, ze voldoet niet aan de juridische definitie van 'het aanpakken' van de eerdergenoemde (fentanyl)crisis", verwierp het hof.

Bovendien oordeelde het Hof dat het verklaren van een handelsdeficit tot een "nationale noodsituatie" de grenzen van de presidentiële ambtstermijn overschrijdt en een ongrondwettelijke overdracht van bevoegdheden van het Congres naar de uitvoerende macht vertegenwoordigt.

De tarieven werden echter niet effectief afgeschaft, omdat het Hof van Beroep voor het Federale Circuit onmiddellijk een administratief verbod oplegde aan de beslissing van het Hof voor Internationale Handel, totdat er verdere juridische argumenten konden worden gehoord.

Tegen deze achtergrond heeft het Amerikaanse Hof van Beroep voor het Federale Circuit dinsdag het verzoek van de regering-Trump ingewilligd om de door de Republikeinen gesteunde tarieven voorlopig te handhaven. Het Hof stemde er echter mee in om de behandeling van de zaak deze zomer te versnellen.

Het Hof van Beroep heeft aangekondigd dat het de pleidooien op 31 juli zal horen. Dit betekent dat de tarieven ten minste de komende twee maanden van kracht blijven .

Volgens The Wall Street Journal zullen alle rechters van het Hooggerechtshof aan de zaak deelnemen. De verliezende partij zal naar verwachting een herziening door het Hooggerechtshof aanvragen.

Begin juni zei minister van Handel Howard Lutnick dat de tarieven die de Verenigde Staten aan tientallen landen oplegt, niet zullen verdwijnen.

De functionaris deed deze uitspraak nadat het Amerikaanse Hof voor Internationale Handel en een tweede federale rechtbank het gebruik van de noodwet door de president om tarieven op te leggen hadden verworpen, terwijl de Handelsvertegenwoordiger van het Witte Huis onderhandelt over handelsverdragen.

"Wees gerust, de tarieven verdwijnen niet", zei Lutnick. "Hij heeft zoveel andere bevoegdheden dat we, zelfs in de zeldzame en ongebruikelijke situatie dat deze zou worden afgeschaft, er gewoon weer een nieuwe zouden inzetten. Het Congres heeft de president deze bevoegdheid gegeven en hij zal die gebruiken."