100.000 mensen trotseren het Hongaarse verbod en marcheren mee in het Pride-evenement in Boedapest

Zaterdag negeerden ongeveer 100.000 mensen een verbod van de overheid en bevelen van de politie om mee te lopen in wat de organisatoren het grootste LGBTQ+ Pride-evenement in de geschiedenis van Hongarije noemden. Ze waren een openlijke berisping van de regering van premier Viktor Orbán.
Demonstranten gokten op mogelijke politie-interventie en hoge boetes om deel te nemen aan de 30e jaarlijkse Budapest Pride. Deze deelname werd verboden door een wet die in maart werd aangenomen door Orbáns rechtse, populistische regeringspartij.
De mars begon bij het stadhuis van Boedapest en slingerde door het stadscentrum voordat de Erzsébetbrug over de Donau werd overgestoken. De politie leidde de menigte van de geplande route af om ze gescheiden te houden van een kleine groep extreemrechtse tegendemonstranten, terwijl leden van de Hongaarse LGBTQ+-gemeenschap en een groot aantal aanhangers dansten op muziek en zwaaiden met regenboogvlaggen en vlaggen van antiregeringspartijen.

De enorme omvang van de mars, waarvan de regering maandenlang volhield dat die in Hongarije niet langer zou worden toegestaan, werd gezien als een grote klap voor Orbáns aanzien, aangezien de populariteit van de langstzittende leider van de Europese Unie in de peilingen keldert, terwijl een nieuwe oppositiepartij de leiding heeft genomen.
Volgens sommige deelnemers ging de mars niet alleen over de verdediging van de fundamentele rechten van seksuele minderheden, maar ging het ook om wat zij zien als een steeds snellere onderdrukking van democratische processen onder het bewind van Orbán.

Orbán en zijn partij hebben benadrukt dat Pride, een viering van de zichtbaarheid van LGBTQ+-personen en de strijd voor gelijke rechten, een schending is van het recht van kinderen op morele en spirituele ontwikkeling. Volgens een recent grondwetswijziging hebben deze rechten voorrang op andere fundamentele rechten, waaronder het recht om vreedzaam bijeen te komen.
De wet, die in maart snel door het parlement werd geloodst, maakte het strafbaar om evenementen te organiseren of bij te wonen die homoseksualiteit 'uitbeelden of promoten' bij minderjarigen onder de 18 jaar. Orbán maakte eerder duidelijk dat Budapest Pride het expliciete doelwit van de wet was.
De autoriteiten installeerden vóór de mars extra camera's in het stadscentrum en verwachtten gezichtsherkenningssystemen te gebruiken om personen te identificeren die het verboden evenement bijwoonden. Volgens de nieuwe wet kan betrapt worden op deelname aan de Pride leiden tot boetes tot 200.000 Hongaarse forint (586 dollar).
