De repatriëring van Almasri, die op 19 januari de Italiaanse regering in de problemen bracht

Het begon allemaal op 19 januari, toen het hoofd van de Libische gerechtelijke politie, Osama Najim Almasri, werd gearresteerd in een hotel in Turijn. Hij was de dag ervoor met een huurauto vanuit Duitsland aangekomen om de wedstrijd Juventus-Milaan bij te wonen.

Het Internationaal Strafhof in Den Haag had zojuist een internationaal arrestatiebevel tegen hem uitgevaardigd. Maar het Hof van Beroep in Rome verwierp de arrestatie en de Libische gevangenisdirecteur, beschuldigd van oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid vanwege marteling, verkrachting (ook van kinderen) en moord in de Libische gevangenis van Mitiga, werd vrijgelaten en met een staatsvlucht teruggevlogen naar Tripoli – een juichend welkom thuis.

Het niet valideren van de zaak was te wijten aan een fout: er was geen voorafgaande toestemming en minister Nordio werd te laat geïnformeerd. De eerste e-mailwisseling op Via Arenula vond echter blijkbaar plaats op 19 januari, toen kabinetssecretaris Giusi Bartolozzi naar verluidt om "voorzichtigheid" in de communicatie vroeg. Instructies van het ministerie kwamen echter niet en de rechters bevalen zijn vrijlating.

In de rechtbank sprak de minister van Justitie vervolgens van "fouten" in het arrestatiebevel van het Internationaal Gerechtshof. Piantedosi legde uit dat de repatriëring om "veiligheidsredenen" was.

Het onderzoek werd gestart naar aanleiding van een klacht ingediend door advocaat Li Gotti. Nu de zaak van de premier is afgewezen, worden de minister van Binnenlandse Zaken en ondersecretaris Mantovano onderzocht wegens medeplichtigheid en verduistering. Nordio wordt tevens beschuldigd van verwaarlozing van zijn ambtsplicht.