Van wetten en demonen

Het ontstaan van de liberale republieken, die later, met de toenemende invoering van echt algemeen kiesrecht, uitgroeiden tot wat we nu liberale democratieën noemen, was onlosmakelijk verbonden met het idee dat hun goed functioneren niet afhankelijk kon zijn van de deugdzaamheid van hun heersers.
Spinoza, een kenner van de menselijke natuur in het algemeen en van de heersende elite en de kerkelijke tegen-elite van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden onder leiding van Johan de Witt in het bijzonder, baseerde zijn politieke filosofie op het principe dat de stabiliteit van regimes niet kon worden overgelaten aan de goede trouw of eerlijkheid van hun leiders. Dit principe werd een eeuw later herontdekt door David Hume, die stelde dat republikeinse en vrije regeringen absurd waren als hun grondwet geen barrières en controles bevatte om te voorkomen dat oneerlijke en slechte mensen tegen het algemeen belang in handelden.

Monument voor de filosoof Immanuel Kant
Getty ImagesKort daarna benadrukte James Madison, een van de Founding Fathers van de Verenigde Staten, in zijn artikelen ter verdediging van de nieuwe Grondwet in The Federalist de noodzaak van deze barrières en controles. In een beroemde passage stelde hij dat, aangezien mensen geen engelen zijn, er checks and balances moeten worden ingesteld, zelfs binnen de overheidsstructuur zelf, om de afwezigheid van hogere motieven te compenseren door egoïstische belangen en concurrerende ambities tegen elkaar af te wegen.
Een liberale democratie kan niet afhankelijk zijn van de deugdzaamheid van haar heersers.Rond dezelfde tijd voegde Kant er in een niet minder bekende passage ironisch aan toe dat het probleem van het opstellen en handhaven van een republikeinse grondwet zelfs een oplossing zou moeten vinden in een ‘volk van demonen’, op voorwaarde dat zulke duivels begiftigd zouden zijn met de intelligentie die nodig is om de persoonlijke schade te berekenen die onvermijdelijk zou voortvloeien uit het niet naleven van goed doordachte regels die ontworpen waren om hen te ontmoedigen te handelen zoals ze zouden doen als ze niet bestonden.
Misschien moeten we Kants optimisme over de mogelijkheden van constitutionele en wetgevende engineering niet volledig delen. Maar op dit punt in het verhaal lijkt het niet verstandig om het oude republikeinse pessimisme over de corrumpeerbaarheid van individuen in machtsposities te blijven loslaten.
Lees ookDe fractie van de politieke klasse die geen doodgravers van de liberale democratie wil worden, zou zich moeten herinneren wat duidelijk was voor degenen die de regimes hebben gesticht of ontworpen waaruit deze historisch is voortgekomen. Zolang er macht en geld is, en het er niet op lijkt dat een van beide onmiddellijk zal verdwijnen, zal corruptie verleidelijk zijn. Maar het voortbestaan van liberale democratieën hangt af van de wil om effectieve en afschrikkende mechanismen in te voeren om corruptie zoveel mogelijk te voorkomen. Hun legitimiteitscrisis, die extreemrechts aanwakkert, heeft veel te maken met de nalatigheid van wetgevers, die, terwijl schandalen het vertrouwen ondermijnen, jaren laten verstrijken zonder hun werk te doen.
lavanguardia