Tusk: De verkiezingen zullen niet belangrijk zijn voor burgers als we niet alle protesten verduidelijken
Bij twijfel moeten de stemmen worden geteld, ongeacht het aantal districtscommissies, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd protest bij de verkiezingen doorstuurt naar het Openbaar Ministerie, dat kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder meer gevraagd of het, gezien het grote aantal verkiezingsprotesten, nodig was om een volledige hertelling uit te voeren van de stemmen die bij de presidentsverkiezingen zijn uitgebracht.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, er alles aan gedaan moet worden om die op te helderen. Hij verzekerde dat hij er niet van uitgaat dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien lukt het ons wel om de verkiezingen ongeldig te verklaren." "Dat is eigenlijk niet waar het om gaat. Maar deze verkiezingen zullen vanuit het oogpunt van de burgers niet belangrijk zijn als we niet al deze protesten ophelderen," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee kiesdistricten in Bielsko-Biala, waar onregelmatigheden plaatsvonden: in het ene district werden de stemmen op kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki in dat district een groter aantal stemmen had gekregen; in het andere district werden 160 stemmen op Trzaskowski in een pakket geplaatst, waarbij de stemmen aan Nawrocki werden toegeschreven. Naar aanleiding van de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten van in totaal 13 kiesdistricten te controleren.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar verrassende resultaten zijn en statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", aldus de premier. Volgens hem houdt het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van de verificatieprocedures geheim", maar - zoals hij zei - "waar de stemmen ook worden geteld, het is duidelijk dat er sprake is geweest van manipulatie, vervalsing of fouten, maar we weten niet op welke schaal".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om de werkelijke verkiezingsuitslag te kennen."
Hij merkte op dat hij geen bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken kan en wil uitvaardigen, maar dat de verantwoordelijkheid van de regering ook het werk van het Openbaar Ministerie omvat. "De taak van het Openbaar Ministerie is niet om de verkiezingsuitslag in twijfel te trekken, maar waar er een vermoeden van fraude of een misdrijf bestaat, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen", aldus de regeringsleider.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat het Hooggerechtshof in elk geval waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, dit naar het Openbaar Ministerie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn bevoegdheden kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen kan tellen." "Waar twijfel bestaat - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het nu 13 commissies, 800 commissies of 15.000 commissies zijn", aldus de premier.
Hij meldde dat het Openbaar Ministerie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten van het Hooggerechtshof heeft ontvangen. "We wachten nog steeds op de doorsturing van deze protesten om eerlijk te kunnen beoordelen waar we moeten controleren en waar niet", voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om protest aan te tekenen voortvloeit uit de grondwet, en dat de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen, de plicht hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te beoordelen. Hij benadrukte ook dat men er niet van tevoren van uit kan gaan dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn; de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan toch niet zo zijn dat iemand in Polen twijfelt of zijn stem wel telt," zei Tusk.
Hem werd ook gevraagd naar de mogelijke intrekking van de verkiezingsuitslag als de Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken van het Hooggerechtshof over de geldigheid ervan beslist. De premier verklaarde dat deze kamer niet wettelijk functioneert. "Is er enig idee hoe dit op te lossen? Wettelijk gezien niet," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda zijn veto had uitgesproken over een wet die bepaalt dat de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 wordt beslist door het Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters met de langste staat van dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, wilt u alstublieft het veto intrekken? Dit betekent dat we morgen rechters van het Hooggerechtshof hebben wier beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken – die volgens de Wet op het Hooggerechtshof onder andere bevoegd is om te beslissen over de geldigheid van verkiezingen – bestaat uit rechters die na 2017 zijn benoemd via procedures bij de Nationale Raad voor Justitie. Om deze reden wordt de status van de kamer in twijfel getrokken door de huidige regering, die zich hiervoor onder andere beroept op de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties behandeld door de toenmalige Kamer voor Arbeid, Verzekeringen en Publieke Zaken.
In januari van dit jaar nam de Sejm de zogenaamde incidentele wet aan, op grond waarvan de geldigheid van onder andere de presidentsverkiezing in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters die de langstzittende rechter van het Hooggerechtshof zijn", en niet door de Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken. De president sprak echter zijn veto uit over deze wet.
Na alle protesten te hebben overwogen, op basis van het verkiezingsrapport van de Nationale Kiescommissie, beslist het Hooggerechtshof, in een samenstelling van de volledige Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken, over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze zaak wordt aangenomen binnen 30 dagen na de bekendmaking van de verkiezingsuitslag aan het publiek. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing genomen moet worden 2 juli van dit jaar is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof, rechter Aleksander Stępkowski, vertelde PAP vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen de 50.000 zal overschrijden. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de Buitengewone Controlekamer over deze kwestie. "We zijn echter van plan deze deadline vóór 2 juli te halen, hoewel dat met de omvang van 50.000 protesten een enorme opgave is", zei hij. (PAP)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Bij twijfel moeten de stemmen worden geteld, ongeacht het aantal districtscommissies, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd protest bij de verkiezingen doorstuurt naar het Openbaar Ministerie, dat kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder meer gevraagd of het, gezien het grote aantal verkiezingsprotesten, nodig was om een volledige hertelling uit te voeren van de stemmen die bij de presidentsverkiezingen zijn uitgebracht.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, er alles aan gedaan moet worden om die op te helderen. Hij verzekerde dat hij er niet van uitgaat dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien lukt het ons wel om de verkiezingen ongeldig te verklaren." "Dat is eigenlijk niet waar het om gaat. Maar deze verkiezingen zullen vanuit het oogpunt van de burgers niet belangrijk zijn als we niet al deze protesten ophelderen," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee kiesdistricten in Bielsko-Biala, waar onregelmatigheden plaatsvonden: in het ene district werden de stemmen op kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki in dat district een groter aantal stemmen had gekregen; in het andere district werden 160 stemmen op Trzaskowski in een pakket geplaatst, waarbij de stemmen aan Nawrocki werden toegeschreven. Naar aanleiding van de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten van in totaal 13 kiesdistricten te controleren.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar verrassende resultaten zijn en statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", aldus de premier. Volgens hem houdt het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van de verificatieprocedures geheim", maar - zoals hij zei - "waar de stemmen ook worden geteld, het is duidelijk dat er sprake is geweest van manipulatie, vervalsing of fouten, maar we weten niet op welke schaal".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om de werkelijke verkiezingsuitslag te kennen."
Hij merkte op dat hij geen bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken kan en wil uitvaardigen, maar dat de verantwoordelijkheid van de regering ook het werk van het Openbaar Ministerie omvat. "De taak van het Openbaar Ministerie is niet om de verkiezingsuitslag in twijfel te trekken, maar waar er een vermoeden van fraude of een misdrijf bestaat, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen", aldus de regeringsleider.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat het Hooggerechtshof in elk geval waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, dit naar het Openbaar Ministerie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn bevoegdheden kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen kan tellen." "Waar twijfel bestaat - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het nu 13 commissies, 800 commissies of 15.000 commissies zijn", aldus de premier.
Hij meldde dat het Openbaar Ministerie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten van het Hooggerechtshof heeft ontvangen. "We wachten nog steeds op de doorsturing van deze protesten om eerlijk te kunnen beoordelen waar we moeten controleren en waar niet", voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om protest aan te tekenen voortvloeit uit de grondwet, en dat de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen, de plicht hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te beoordelen. Hij benadrukte ook dat men er niet van tevoren van uit kan gaan dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn; de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan toch niet zo zijn dat iemand in Polen twijfelt of zijn stem wel telt," zei Tusk.
Hem werd ook gevraagd naar de mogelijke intrekking van de verkiezingsuitslag als de Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken van het Hooggerechtshof over de geldigheid ervan beslist. De premier verklaarde dat deze kamer niet wettelijk functioneert. "Is er enig idee hoe dit op te lossen? Wettelijk gezien niet," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda zijn veto had uitgesproken over een wet die bepaalt dat de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 wordt beslist door het Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters met de langste staat van dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, wilt u alstublieft het veto intrekken? Dit betekent dat we morgen rechters van het Hooggerechtshof hebben wier beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken – die volgens de Wet op het Hooggerechtshof onder andere bevoegd is om te beslissen over de geldigheid van verkiezingen – bestaat uit rechters die na 2017 zijn benoemd via procedures bij de Nationale Raad voor Justitie. Om deze reden wordt de status van de kamer in twijfel getrokken door de huidige regering, die zich hiervoor onder andere beroept op de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties behandeld door de toenmalige Kamer voor Arbeid, Verzekeringen en Publieke Zaken.
In januari van dit jaar nam de Sejm de zogenaamde incidentele wet aan, op grond waarvan de geldigheid van onder andere de presidentsverkiezing in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters die de langstzittende rechter van het Hooggerechtshof zijn", en niet door de Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken. De president sprak echter zijn veto uit over deze wet.
Na alle protesten te hebben overwogen, op basis van het verkiezingsrapport van de Nationale Kiescommissie, beslist het Hooggerechtshof, in een samenstelling van de volledige Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken, over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze zaak wordt aangenomen binnen 30 dagen na de bekendmaking van de verkiezingsuitslag aan het publiek. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing genomen moet worden 2 juli van dit jaar is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof, rechter Aleksander Stępkowski, vertelde PAP vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen de 50.000 zal overschrijden. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de Buitengewone Controlekamer over deze kwestie. "We zijn echter van plan deze deadline vóór 2 juli te halen, hoewel dat met de omvang van 50.000 protesten een enorme opgave is", zei hij. (PAP)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Bij twijfel moeten de stemmen worden geteld, ongeacht het aantal districtscommissies, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd protest bij de verkiezingen doorstuurt naar het Openbaar Ministerie, dat kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder meer gevraagd of het, gezien het grote aantal verkiezingsprotesten, nodig was om een volledige hertelling uit te voeren van de stemmen die bij de presidentsverkiezingen zijn uitgebracht.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, er alles aan gedaan moet worden om die op te helderen. Hij verzekerde dat hij er niet van uitgaat dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien lukt het ons wel om de verkiezingen ongeldig te verklaren." "Dat is eigenlijk niet waar het om gaat. Maar deze verkiezingen zullen vanuit het oogpunt van de burgers niet belangrijk zijn als we niet al deze protesten ophelderen," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee kiesdistricten in Bielsko-Biala, waar onregelmatigheden plaatsvonden: in het ene district werden de stemmen op kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki in dat district een groter aantal stemmen had gekregen; in het andere district werden 160 stemmen op Trzaskowski in een pakket geplaatst, waarbij de stemmen aan Nawrocki werden toegeschreven. Naar aanleiding van de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten van in totaal 13 kiesdistricten te controleren.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar verrassende resultaten zijn en statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", aldus de premier. Volgens hem houdt het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van de verificatieprocedures geheim", maar - zoals hij zei - "waar de stemmen ook worden geteld, het is duidelijk dat er sprake is geweest van manipulatie, vervalsing of fouten, maar we weten niet op welke schaal".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om de werkelijke verkiezingsuitslag te kennen."
Hij merkte op dat hij geen bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken kan en wil uitvaardigen, maar dat de verantwoordelijkheid van de regering ook het werk van het Openbaar Ministerie omvat. "De taak van het Openbaar Ministerie is niet om de verkiezingsuitslag in twijfel te trekken, maar waar er een vermoeden van fraude of een misdrijf bestaat, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen", aldus de regeringsleider.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat het Hooggerechtshof in elk geval waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, dit naar het Openbaar Ministerie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn bevoegdheden kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen kan tellen." "Waar twijfel bestaat - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het nu 13 commissies, 800 commissies of 15.000 commissies zijn", aldus de premier.
Hij meldde dat het Openbaar Ministerie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten van het Hooggerechtshof heeft ontvangen. "We wachten nog steeds op de doorsturing van deze protesten om eerlijk te kunnen beoordelen waar we moeten controleren en waar niet", voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om protest aan te tekenen voortvloeit uit de grondwet, en dat de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen, de plicht hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te beoordelen. Hij benadrukte ook dat men er niet van tevoren van uit kan gaan dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn; de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan toch niet zo zijn dat iemand in Polen twijfelt of zijn stem wel telt," zei Tusk.
Hem werd ook gevraagd naar de mogelijke intrekking van de verkiezingsuitslag als de Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken van het Hooggerechtshof over de geldigheid ervan beslist. De premier verklaarde dat deze kamer niet wettelijk functioneert. "Is er enig idee hoe dit op te lossen? Wettelijk gezien niet," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda zijn veto had uitgesproken over een wet die bepaalt dat de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 wordt beslist door het Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters met de langste staat van dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, wilt u alstublieft het veto intrekken? Dit betekent dat we morgen rechters van het Hooggerechtshof hebben wier beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken – die volgens de Wet op het Hooggerechtshof onder andere bevoegd is om te beslissen over de geldigheid van verkiezingen – bestaat uit rechters die na 2017 zijn benoemd via procedures bij de Nationale Raad voor Justitie. Om deze reden wordt de status van de kamer in twijfel getrokken door de huidige regering, die zich hiervoor onder andere beroept op de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties behandeld door de toenmalige Kamer voor Arbeid, Verzekeringen en Publieke Zaken.
In januari van dit jaar nam de Sejm de zogenaamde incidentele wet aan, op grond waarvan de geldigheid van onder andere de presidentsverkiezing in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters die de langstzittende rechter van het Hooggerechtshof zijn", en niet door de Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken. De president sprak echter zijn veto uit over deze wet.
Na alle protesten te hebben overwogen, op basis van het verkiezingsrapport van de Nationale Kiescommissie, beslist het Hooggerechtshof, in een samenstelling van de volledige Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken, over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze zaak wordt aangenomen binnen 30 dagen na de bekendmaking van de verkiezingsuitslag aan het publiek. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing genomen moet worden 2 juli van dit jaar is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof, rechter Aleksander Stępkowski, vertelde PAP vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen de 50.000 zal overschrijden. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de Buitengewone Controlekamer over deze kwestie. "We zijn echter van plan deze deadline vóór 2 juli te halen, hoewel dat met de omvang van 50.000 protesten een enorme opgave is", zei hij. (PAP)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Bij twijfel moeten de stemmen worden geteld, ongeacht het aantal districtscommissies, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd protest bij de verkiezingen doorstuurt naar het Openbaar Ministerie, dat kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder meer gevraagd of het, gezien het grote aantal verkiezingsprotesten, nodig was om een volledige hertelling uit te voeren van de stemmen die bij de presidentsverkiezingen zijn uitgebracht.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, er alles aan gedaan moet worden om die op te helderen. Hij verzekerde dat hij er niet van uitgaat dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien lukt het ons wel om de verkiezingen ongeldig te verklaren." "Dat is eigenlijk niet waar het om gaat. Maar deze verkiezingen zullen vanuit het oogpunt van de burgers niet belangrijk zijn als we niet al deze protesten ophelderen," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee kiesdistricten in Bielsko-Biala, waar onregelmatigheden plaatsvonden: in het ene district werden de stemmen op kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki in dat district een groter aantal stemmen had gekregen; in het andere district werden 160 stemmen op Trzaskowski in een pakket geplaatst, waarbij de stemmen aan Nawrocki werden toegeschreven. Naar aanleiding van de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten van in totaal 13 kiesdistricten te controleren.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar verrassende resultaten zijn en statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", aldus de premier. Volgens hem houdt het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van de verificatieprocedures geheim", maar - zoals hij zei - "waar de stemmen ook worden geteld, het is duidelijk dat er sprake is geweest van manipulatie, vervalsing of fouten, maar we weten niet op welke schaal".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om de werkelijke verkiezingsuitslag te kennen."
Hij merkte op dat hij geen bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken kan en wil uitvaardigen, maar dat de verantwoordelijkheid van de regering ook het werk van het Openbaar Ministerie omvat. "De taak van het Openbaar Ministerie is niet om de verkiezingsuitslag in twijfel te trekken, maar waar er een vermoeden van fraude of een misdrijf bestaat, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen", aldus de regeringsleider.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat het Hooggerechtshof in elk geval waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, dit naar het Openbaar Ministerie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn bevoegdheden kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen kan tellen." "Waar twijfel bestaat - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het nu 13 commissies, 800 commissies of 15.000 commissies zijn", aldus de premier.
Hij meldde dat het Openbaar Ministerie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten van het Hooggerechtshof heeft ontvangen. "We wachten nog steeds op de doorsturing van deze protesten om eerlijk te kunnen beoordelen waar we moeten controleren en waar niet", voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om protest aan te tekenen voortvloeit uit de grondwet, en dat de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen, de plicht hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te beoordelen. Hij benadrukte ook dat men er niet van tevoren van uit kan gaan dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn; de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan toch niet zo zijn dat iemand in Polen twijfelt of zijn stem wel telt," zei Tusk.
Hem werd ook gevraagd naar de mogelijke intrekking van de verkiezingsuitslag als de Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken van het Hooggerechtshof over de geldigheid ervan beslist. De premier verklaarde dat deze kamer niet wettelijk functioneert. "Is er enig idee hoe dit op te lossen? Wettelijk gezien niet," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda zijn veto had uitgesproken over een wet die bepaalt dat de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 wordt beslist door het Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters met de langste staat van dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, wilt u alstublieft het veto intrekken? Dit betekent dat we morgen rechters van het Hooggerechtshof hebben wier beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken – die volgens de Wet op het Hooggerechtshof onder andere bevoegd is om te beslissen over de geldigheid van verkiezingen – bestaat uit rechters die na 2017 zijn benoemd via procedures bij de Nationale Raad voor Justitie. Om deze reden wordt de status van de kamer in twijfel getrokken door de huidige regering, die zich hiervoor onder andere beroept op de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties behandeld door de toenmalige Kamer voor Arbeid, Verzekeringen en Publieke Zaken.
In januari van dit jaar nam de Sejm de zogenaamde incidentele wet aan, op grond waarvan de geldigheid van onder andere de presidentsverkiezing in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters die de langstzittende rechter van het Hooggerechtshof zijn", en niet door de Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken. De president sprak echter zijn veto uit over deze wet.
Na alle protesten te hebben overwogen, op basis van het verkiezingsrapport van de Nationale Kiescommissie, beslist het Hooggerechtshof, in een samenstelling van de volledige Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken, over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze zaak wordt aangenomen binnen 30 dagen na de bekendmaking van de verkiezingsuitslag aan het publiek. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing genomen moet worden 2 juli van dit jaar is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof, rechter Aleksander Stępkowski, vertelde PAP vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen de 50.000 zal overschrijden. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de Buitengewone Controlekamer over deze kwestie. "We zijn echter van plan deze deadline vóór 2 juli te halen, hoewel dat met de omvang van 50.000 protesten een enorme opgave is", zei hij. (PAP)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Bij twijfel moeten de stemmen worden geteld, ongeacht het aantal districtscommissies, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd protest bij de verkiezingen doorstuurt naar het Openbaar Ministerie, dat kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder meer gevraagd of het, gezien het grote aantal verkiezingsprotesten, nodig was om een volledige hertelling uit te voeren van de stemmen die bij de presidentsverkiezingen zijn uitgebracht.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, er alles aan gedaan moet worden om die op te helderen. Hij verzekerde dat hij er niet van uitgaat dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien lukt het ons wel om de verkiezingen ongeldig te verklaren." "Dat is eigenlijk niet waar het om gaat. Maar deze verkiezingen zullen vanuit het oogpunt van de burgers niet belangrijk zijn als we niet al deze protesten ophelderen," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee kiesdistricten in Bielsko-Biala, waar onregelmatigheden plaatsvonden: in het ene district werden de stemmen op kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki in dat district een groter aantal stemmen had gekregen; in het andere district werden 160 stemmen op Trzaskowski in een pakket geplaatst, waarbij de stemmen aan Nawrocki werden toegeschreven. Naar aanleiding van de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten van in totaal 13 kiesdistricten te controleren.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar verrassende resultaten zijn en statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", aldus de premier. Volgens hem houdt het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van de verificatieprocedures geheim", maar - zoals hij zei - "waar de stemmen ook worden geteld, het is duidelijk dat er sprake is geweest van manipulatie, vervalsing of fouten, maar we weten niet op welke schaal".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om de werkelijke verkiezingsuitslag te kennen."
Hij merkte op dat hij geen bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken kan en wil uitvaardigen, maar dat de verantwoordelijkheid van de regering ook het werk van het Openbaar Ministerie omvat. "De taak van het Openbaar Ministerie is niet om de verkiezingsuitslag in twijfel te trekken, maar waar er een vermoeden van fraude of een misdrijf bestaat, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen", aldus de regeringsleider.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat het Hooggerechtshof in elk geval waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, dit naar het Openbaar Ministerie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn bevoegdheden kan controleren wat er in de betreffende commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen kan tellen." "Waar twijfel bestaat - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het nu 13 commissies, 800 commissies of 15.000 commissies zijn", aldus de premier.
Hij meldde dat het Openbaar Ministerie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten van het Hooggerechtshof heeft ontvangen. "We wachten nog steeds op de doorsturing van deze protesten om eerlijk te kunnen beoordelen waar we moeten controleren en waar niet", voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om protest aan te tekenen voortvloeit uit de grondwet, en dat de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen, de plicht hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te beoordelen. Hij benadrukte ook dat men er niet van tevoren van uit kan gaan dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn; de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan toch niet zo zijn dat iemand in Polen twijfelt of zijn stem wel telt," zei Tusk.
Hem werd ook gevraagd naar de mogelijke intrekking van de verkiezingsuitslag als de Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken van het Hooggerechtshof over de geldigheid ervan beslist. De premier verklaarde dat deze kamer niet wettelijk functioneert. "Is er enig idee hoe dit op te lossen? Wettelijk gezien niet," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda zijn veto had uitgesproken over een wet die bepaalt dat de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 wordt beslist door het Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters met de langste staat van dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, wilt u alstublieft het veto intrekken? Dit betekent dat we morgen rechters van het Hooggerechtshof hebben wier beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken – die volgens de Wet op het Hooggerechtshof onder andere bevoegd is om te beslissen over de geldigheid van verkiezingen – bestaat uit rechters die na 2017 zijn benoemd via procedures bij de Nationale Raad voor Justitie. Om deze reden wordt de status van de kamer in twijfel getrokken door de huidige regering, die zich hiervoor onder andere beroept op de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties behandeld door de toenmalige Kamer voor Arbeid, Verzekeringen en Publieke Zaken.
In januari van dit jaar nam de Sejm de zogenaamde incidentele wet aan, op grond waarvan de geldigheid van onder andere de presidentsverkiezing in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof, bestaande uit 15 rechters die de langstzittende rechter van het Hooggerechtshof zijn", en niet door de Kamer van Buitengewone Controle en Publieke Zaken. De president sprak echter zijn veto uit over deze wet.
Na het overwegen van alle protesten, gebaseerd op het verkiezingsrapport dat wordt gepresenteerd door de National Electoral Commission, beslist het Hooggerechtshof in een samenstelling van de gehele kamer van buitengewone controle en public affairs over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze kwestie wordt binnen 30 dagen na de aankondiging van de verkiezingsresultaten aan het publiek aangenomen. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing moet worden genomen, dit jaar 2 juli is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof rechter Aleksander Stępkowski vertelde PAP op vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen meer dan 50.000 zal bedragen. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de buitengewone controlekamer hierover. "We zijn echter van plan deze deadline tegen 2 juli te halen, hoewel het met de schaal van 50.000 protesten een enorme onderneming is," zei hij. (Pap)
NL/ PAB/ MOK/ SDD/
Waar twijfelt ook, de stemmen moeten worden geteld, ongeacht hoeveel districtscommissies erbij betrokken zijn, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd verkiezingsprotest doorstuurt naar het kantoor van de officier van justitie, dat zal kunnen controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder andere gevraagd of, vanwege het grote aantal verkiezingsprotesten, een volledige hertelling over de stemmen die bij de presidentsverkiezingen werden uitgebracht, nodig was.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, alles moet worden gedaan om hen te verduidelijken. Hij verzekerde dat hij niet aanneemt dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien zullen we de verkiezingen ongeldig maken". "Dat is echt niet het punt. Maar deze verkiezingen zullen niet belangrijk zijn vanuit het oogpunt van burgers als we al deze protesten niet verduidelijken," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee districtselectorale commissies in Bielsko-Biała, waar onregelmatigheden plaatsvonden-in één werden stemmen voor kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki een groter aantal stemmen ontving in dat district; In de andere werden 160 uitgebrachte stemmen voor Trzaskowski geplaatst in een pakket met stemmen toegeschreven aan Nawrocki. In verband met de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten te inspecteren van in totaal 13 districtselectorale commissies.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar er verrassende resultaten zijn en waar statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", zei de premier. Volgens hem is het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van verificatieprocedures afgezet", maar - zoals hij zei - "waar stemmen worden geteld, is het duidelijk dat" er manipulatie, vervalsing of fouten was, maar we weten niet op welke schaal ".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om het echte verkiezingsresultaat te kennen."
Hij merkte op dat hij niet van plan is om bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken te geven, maar de verantwoordelijkheid van de regering omvat het werk van het officier van justitie. "De taak van het kantoor van de officier van justitie is niet om de verkiezingsresultaten in twijfel te trekken, maar waar een vermoeden van fraude of een misdrijf is, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen," zei het hoofd van de regering.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat in elke zaak waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, het Hooggerechtshof het naar het kantoor van de officier van justitie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn competenties kan controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen tellen." "Waar twijfel twijfel is - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het 13 commissies zijn, of het 800 commissies zijn, of het 15 duizend commissies zijn," zei de premier.
Hij informeerde dat het kantoor van de officier van justitie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten heeft ontvangen van het Hooggerechtshof. "We wachten nog steeds op deze protesten om te worden doorgestuurd om eerlijk te beoordelen waar we moeten controleren en waar we dat niet doen," voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om een protestresultaten van de grondwet in te dienen, en de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen de verplichting hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te onderzoeken. Hij benadrukte ook dat men niet van tevoren kan aannemen dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn, de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan niet zijn dat iemand in Polen twijfelt of hun stem ertoe doet," zei Tusk.
Hij werd ook gevraagd naar de mogelijke ondervraging van de verkiezingsresultaten als de kamer van buitengewone controle van het Hooggerechtshof en public affairs beslist over hun geldigheid. De premier verklaarde dat deze kamer niet legaal werkt. "Is er een idee om dit op te lossen? Wettelijk, nee," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda een veto uitgeeft aan een wet volgens welke de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 zou worden bepaald door het Hooggerechtshof, uit 15 rechters samengesteld met de langste dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, trek het veto in. Dit betekent dat we morgen rechters zullen hebben wiens beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Chamber of Extraordinary Control and Public Affairs - die volgens het Hooggerechtshof bevoegd is om onder andere te beslissen over de geldigheid van verkiezingen - is samengesteld uit rechters die zijn aangesteld als gevolg van procedures voor de Nationale Raad van de Raad van de Justitie van de EU en het Court van de EU en de Court of the Court of the Court of De Court of the Court of Hof van de EU en het Court van de EU en het Court van de EU. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties in overweging genomen door de toenmalige Kamer van Arbeid, Insurance en Public Affairs.
In januari van dit jaar keurde de SEJM de zogenaamde incidentele wet aan, volgens welke de geldigheid van, onder andere, de verkiezing van de president in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof bestaande uit 15 rechters die hebben gediend als de langst dienende rechter van het Hooggerechtshof", en niet door de kamer van buitengewone controle en publieke zaken. De president heeft echter een veto uitgesproken tegen deze wet.
Na het overwegen van alle protesten, gebaseerd op het verkiezingsrapport dat wordt gepresenteerd door de National Electoral Commission, beslist het Hooggerechtshof in een samenstelling van de gehele kamer van buitengewone controle en public affairs over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze kwestie wordt binnen 30 dagen na de aankondiging van de verkiezingsresultaten aan het publiek aangenomen. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing moet worden genomen, dit jaar 2 juli is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof rechter Aleksander Stępkowski vertelde PAP op vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen meer dan 50.000 zal bedragen. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de buitengewone controlekamer hierover. "We zijn echter van plan deze deadline tegen 2 juli te halen, hoewel het met de schaal van 50.000 protesten een enorme onderneming is," zei hij. (Pap)
NL/ PAB/ MOK/ SDD/
Waar twijfelt ook, de stemmen moeten worden geteld, ongeacht hoeveel districtscommissies erbij betrokken zijn, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd verkiezingsprotest doorstuurt naar het kantoor van de officier van justitie, dat zal kunnen controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder andere gevraagd of, vanwege het grote aantal verkiezingsprotesten, een volledige hertelling over de stemmen die bij de presidentsverkiezingen werden uitgebracht, nodig was.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, alles moet worden gedaan om hen te verduidelijken. Hij verzekerde dat hij niet aanneemt dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien zullen we de verkiezingen ongeldig maken". "Dat is echt niet het punt. Maar deze verkiezingen zullen niet belangrijk zijn vanuit het oogpunt van burgers als we al deze protesten niet verduidelijken," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee districtselectorale commissies in Bielsko-Biała, waar onregelmatigheden plaatsvonden-in één werden stemmen voor kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki een groter aantal stemmen ontving in dat district; In de andere werden 160 uitgebrachte stemmen voor Trzaskowski geplaatst in een pakket met stemmen toegeschreven aan Nawrocki. In verband met de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten te inspecteren van in totaal 13 districtselectorale commissies.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar er verrassende resultaten zijn en waar statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", zei de premier. Volgens hem is het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van verificatieprocedures afgezet", maar - zoals hij zei - "waar stemmen worden geteld, is het duidelijk dat" er manipulatie, vervalsing of fouten was, maar we weten niet op welke schaal ".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om het echte verkiezingsresultaat te kennen."
Hij merkte op dat hij niet van plan is om bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken te geven, maar de verantwoordelijkheid van de regering omvat het werk van het officier van justitie. "De taak van het kantoor van de officier van justitie is niet om de verkiezingsresultaten in twijfel te trekken, maar waar een vermoeden van fraude of een misdrijf is, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen," zei het hoofd van de regering.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat in elke zaak waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, het Hooggerechtshof het naar het kantoor van de officier van justitie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn competenties kan controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen tellen." "Waar twijfel twijfel is - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het 13 commissies zijn, of het 800 commissies zijn, of het 15 duizend commissies zijn," zei de premier.
Hij informeerde dat het kantoor van de officier van justitie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten heeft ontvangen van het Hooggerechtshof. "We wachten nog steeds op deze protesten om te worden doorgestuurd om eerlijk te beoordelen waar we moeten controleren en waar we dat niet doen," voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om een protestresultaten van de grondwet in te dienen, en de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen de verplichting hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te onderzoeken. Hij benadrukte ook dat men niet van tevoren kan aannemen dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn, de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan niet zijn dat iemand in Polen twijfelt of hun stem ertoe doet," zei Tusk.
Hij werd ook gevraagd naar de mogelijke ondervraging van de verkiezingsresultaten als de kamer van buitengewone controle van het Hooggerechtshof en public affairs beslist over hun geldigheid. De premier verklaarde dat deze kamer niet legaal werkt. "Is er een idee om dit op te lossen? Wettelijk, nee," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda een veto uitgeeft aan een wet volgens welke de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 zou worden bepaald door het Hooggerechtshof, uit 15 rechters samengesteld met de langste dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, trek het veto in. Dit betekent dat we morgen rechters zullen hebben wiens beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Chamber of Extraordinary Control and Public Affairs - die volgens het Hooggerechtshof bevoegd is om onder andere te beslissen over de geldigheid van verkiezingen - is samengesteld uit rechters die zijn aangesteld als gevolg van procedures voor de Nationale Raad van de Raad van de Justitie van de EU en het Court van de EU en de Court of the Court of the Court of De Court of the Court of Hof van de EU en het Court van de EU en het Court van de EU. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties in overweging genomen door de toenmalige Kamer van Arbeid, Insurance en Public Affairs.
In januari van dit jaar keurde de SEJM de zogenaamde incidentele wet aan, volgens welke de geldigheid van, onder andere, de verkiezing van de president in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof bestaande uit 15 rechters die hebben gediend als de langst dienende rechter van het Hooggerechtshof", en niet door de kamer van buitengewone controle en publieke zaken. De president heeft echter een veto uitgesproken tegen deze wet.
Na het overwegen van alle protesten, gebaseerd op het verkiezingsrapport dat wordt gepresenteerd door de National Electoral Commission, beslist het Hooggerechtshof in een samenstelling van de gehele kamer van buitengewone controle en public affairs over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze kwestie wordt binnen 30 dagen na de aankondiging van de verkiezingsresultaten aan het publiek aangenomen. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing moet worden genomen, dit jaar 2 juli is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof rechter Aleksander Stępkowski vertelde PAP op vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen meer dan 50.000 zal bedragen. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de buitengewone controlekamer hierover. "We zijn echter van plan deze deadline tegen 2 juli te halen, hoewel het met de schaal van 50.000 protesten een enorme onderneming is," zei hij. (Pap)
NL/ PAB/ MOK/ SDD/
Waar twijfelt ook, de stemmen moeten worden geteld, ongeacht hoeveel districtscommissies erbij betrokken zijn, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd verkiezingsprotest doorstuurt naar het kantoor van de officier van justitie, dat zal kunnen controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder andere gevraagd of, vanwege het grote aantal verkiezingsprotesten, een volledige hertelling over de stemmen die bij de presidentsverkiezingen werden uitgebracht, nodig was.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, alles moet worden gedaan om hen te verduidelijken. Hij verzekerde dat hij niet aanneemt dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien zullen we de verkiezingen ongeldig maken". "Dat is echt niet het punt. Maar deze verkiezingen zullen niet belangrijk zijn vanuit het oogpunt van burgers als we al deze protesten niet verduidelijken," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee districtselectorale commissies in Bielsko-Biała, waar onregelmatigheden plaatsvonden-in één werden stemmen voor kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki een groter aantal stemmen ontving in dat district; In de andere werden 160 uitgebrachte stemmen voor Trzaskowski geplaatst in een pakket met stemmen toegeschreven aan Nawrocki. In verband met de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten te inspecteren van in totaal 13 districtselectorale commissies.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar er verrassende resultaten zijn en waar statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", zei de premier. Volgens hem is het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van verificatieprocedures afgezet", maar - zoals hij zei - "waar stemmen worden geteld, is het duidelijk dat" er manipulatie, vervalsing of fouten was, maar we weten niet op welke schaal ".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om het echte verkiezingsresultaat te kennen."
Hij merkte op dat hij niet van plan is om bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken te geven, maar de verantwoordelijkheid van de regering omvat het werk van het officier van justitie. "De taak van het kantoor van de officier van justitie is niet om de verkiezingsresultaten in twijfel te trekken, maar waar een vermoeden van fraude of een misdrijf is, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen," zei het hoofd van de regering.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat in elke zaak waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, het Hooggerechtshof het naar het kantoor van de officier van justitie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn competenties kan controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen tellen." "Waar twijfel twijfel is - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het 13 commissies zijn, of het 800 commissies zijn, of het 15 duizend commissies zijn," zei de premier.
Hij informeerde dat het kantoor van de officier van justitie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten heeft ontvangen van het Hooggerechtshof. "We wachten nog steeds op deze protesten om te worden doorgestuurd om eerlijk te beoordelen waar we moeten controleren en waar we dat niet doen," voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om een protestresultaten van de grondwet in te dienen, en de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen de verplichting hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te onderzoeken. Hij benadrukte ook dat men niet van tevoren kan aannemen dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn, de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan niet zijn dat iemand in Polen twijfelt of hun stem ertoe doet," zei Tusk.
Hij werd ook gevraagd naar de mogelijke ondervraging van de verkiezingsresultaten als de kamer van buitengewone controle van het Hooggerechtshof en public affairs beslist over hun geldigheid. De premier verklaarde dat deze kamer niet legaal werkt. "Is er een idee om dit op te lossen? Wettelijk, nee," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda een veto uitgeeft aan een wet volgens welke de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 zou worden bepaald door het Hooggerechtshof, uit 15 rechters samengesteld met de langste dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, trek het veto in. Dit betekent dat we morgen rechters zullen hebben wiens beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Chamber of Extraordinary Control and Public Affairs - die volgens het Hooggerechtshof bevoegd is om onder andere te beslissen over de geldigheid van verkiezingen - is samengesteld uit rechters die zijn aangesteld als gevolg van procedures voor de Nationale Raad van de Raad van de Justitie van de EU en het Court van de EU en de Court of the Court of the Court of De Court of the Court of Hof van de EU en het Court van de EU en het Court van de EU. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties in overweging genomen door de toenmalige Kamer van Arbeid, Insurance en Public Affairs.
In januari van dit jaar keurde de SEJM de zogenaamde incidentele wet aan, volgens welke de geldigheid van, onder andere, de verkiezing van de president in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof bestaande uit 15 rechters die hebben gediend als de langst dienende rechter van het Hooggerechtshof", en niet door de kamer van buitengewone controle en publieke zaken. De president heeft echter een veto uitgesproken tegen deze wet.
Na het overwegen van alle protesten, gebaseerd op het verkiezingsrapport dat wordt gepresenteerd door de National Electoral Commission, beslist het Hooggerechtshof in een samenstelling van de gehele kamer van buitengewone controle en public affairs over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze kwestie wordt binnen 30 dagen na de aankondiging van de verkiezingsresultaten aan het publiek aangenomen. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing moet worden genomen, dit jaar 2 juli is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof rechter Aleksander Stępkowski vertelde PAP op vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen meer dan 50.000 zal bedragen. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de buitengewone controlekamer hierover. "We zijn echter van plan deze deadline tegen 2 juli te halen, hoewel het met de schaal van 50.000 protesten een enorme onderneming is," zei hij. (Pap)
NL/ PAB/ MOK/ SDD/
Waar twijfelt ook, de stemmen moeten worden geteld, ongeacht hoeveel districtscommissies erbij betrokken zijn, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd verkiezingsprotest doorstuurt naar het kantoor van de officier van justitie, dat zal kunnen controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder andere gevraagd of, vanwege het grote aantal verkiezingsprotesten, een volledige hertelling over de stemmen die bij de presidentsverkiezingen werden uitgebracht, nodig was.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, alles moet worden gedaan om hen te verduidelijken. Hij verzekerde dat hij niet aanneemt dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien zullen we de verkiezingen ongeldig maken". "Dat is echt niet het punt. Maar deze verkiezingen zullen niet belangrijk zijn vanuit het oogpunt van burgers als we al deze protesten niet verduidelijken," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee districtselectorale commissies in Bielsko-Biała, waar onregelmatigheden plaatsvonden-in één werden stemmen voor kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki een groter aantal stemmen ontving in dat district; In de andere werden 160 uitgebrachte stemmen voor Trzaskowski geplaatst in een pakket met stemmen toegeschreven aan Nawrocki. In verband met de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten te inspecteren van in totaal 13 districtselectorale commissies.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar er verrassende resultaten zijn en waar statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", zei de premier. Volgens hem is het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van verificatieprocedures afgezet", maar - zoals hij zei - "waar stemmen worden geteld, is het duidelijk dat" er manipulatie, vervalsing of fouten was, maar we weten niet op welke schaal ".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om het echte verkiezingsresultaat te kennen."
Hij merkte op dat hij niet van plan is om bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken te geven, maar de verantwoordelijkheid van de regering omvat het werk van het officier van justitie. "De taak van het kantoor van de officier van justitie is niet om de verkiezingsresultaten in twijfel te trekken, maar waar een vermoeden van fraude of een misdrijf is, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen," zei het hoofd van de regering.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat in elke zaak waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, het Hooggerechtshof het naar het kantoor van de officier van justitie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn competenties kan controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen tellen." "Waar twijfel twijfel is - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het 13 commissies zijn, of het 800 commissies zijn, of het 15 duizend commissies zijn," zei de premier.
Hij informeerde dat het kantoor van de officier van justitie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten heeft ontvangen van het Hooggerechtshof. "We wachten nog steeds op deze protesten om te worden doorgestuurd om eerlijk te beoordelen waar we moeten controleren en waar we dat niet doen," voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om een protestresultaten van de grondwet in te dienen, en de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen de verplichting hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te onderzoeken. Hij benadrukte ook dat men niet van tevoren kan aannemen dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn, de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan niet zijn dat iemand in Polen twijfelt of hun stem ertoe doet," zei Tusk.
Hij werd ook gevraagd naar de mogelijke ondervraging van de verkiezingsresultaten als de kamer van buitengewone controle van het Hooggerechtshof en public affairs beslist over hun geldigheid. De premier verklaarde dat deze kamer niet legaal werkt. "Is er een idee om dit op te lossen? Wettelijk, nee," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda een veto uitgeeft aan een wet volgens welke de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 zou worden bepaald door het Hooggerechtshof, uit 15 rechters samengesteld met de langste dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, trek het veto in. Dit betekent dat we morgen rechters zullen hebben wiens beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Chamber of Extraordinary Control and Public Affairs - die volgens het Hooggerechtshof bevoegd is om onder andere te beslissen over de geldigheid van verkiezingen - is samengesteld uit rechters die zijn aangesteld als gevolg van procedures voor de Nationale Raad van de Raad van de Justitie van de EU en het Court van de EU en de Court of the Court of the Court of De Court of the Court of Hof van de EU en het Court van de EU en het Court van de EU. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties in overweging genomen door de toenmalige Kamer van Arbeid, Insurance en Public Affairs.
In januari van dit jaar keurde de SEJM de zogenaamde incidentele wet aan, volgens welke de geldigheid van, onder andere, de verkiezing van de president in 2025 zou worden bepaald door het "Hooggerechtshof bestaande uit 15 rechters die hebben gediend als de langst dienende rechter van het Hooggerechtshof", en niet door de kamer van buitengewone controle en publieke zaken. De president heeft echter een veto uitgesproken tegen deze wet.
Na het overwegen van alle protesten, gebaseerd op het verkiezingsrapport dat wordt gepresenteerd door de National Electoral Commission, beslist het Hooggerechtshof in een samenstelling van de gehele kamer van buitengewone controle en public affairs over de geldigheid van de verkiezing van de president van de Republiek Polen. De resolutie in deze kwestie wordt binnen 30 dagen na de aankondiging van de verkiezingsresultaten aan het publiek aangenomen. Dit betekent dat de laatste dag waarop deze beslissing moet worden genomen, dit jaar 2 juli is.
Woordvoerder van het Hooggerechtshof rechter Aleksander Stępkowski vertelde PAP op vrijdag dat hij de mogelijkheid niet uitsluit dat het aantal protesten tegen de verkiezing van de president van de Republiek Polen meer dan 50.000 zal bedragen. Hij voegde eraan toe dat er momenteel geen datum is vastgesteld voor de vergadering van de buitengewone controlekamer hierover. "We zijn echter van plan deze deadline tegen 2 juli te halen, hoewel het met de schaal van 50.000 protesten een enorme onderneming is," zei hij. (Pap)
NL/ PAB/ MOK/ SDD/
Waar twijfelt ook, de stemmen moeten worden geteld, ongeacht hoeveel districtscommissies erbij betrokken zijn, zegt premier Donald Tusk. Hij verwacht ook dat het Hooggerechtshof elk gerechtvaardigd verkiezingsprotest doorstuurt naar het kantoor van de officier van justitie, dat zal kunnen controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd.
Tijdens de conferentie van vrijdag werd de premier onder andere gevraagd of, vanwege het grote aantal verkiezingsprotesten, een volledige hertelling over de stemmen die bij de presidentsverkiezingen werden uitgebracht, nodig was.
Tusk zei dat wanneer burgers twijfels hebben, alles moet worden gedaan om hen te verduidelijken. Hij verzekerde dat hij niet aanneemt dat: "Laten we tellen, laten we tellen, misschien zullen we de verkiezingen ongeldig maken". "Dat is echt niet het punt. Maar deze verkiezingen zullen niet belangrijk zijn vanuit het oogpunt van burgers als we al deze protesten niet verduidelijken," voegde hij eraan toe.
Hij noemde het voorbeeld van twee districtselectorale commissies in Bielsko-Biała, waar onregelmatigheden plaatsvonden-in één werden stemmen voor kandidaten gewijzigd, wat leidde tot de veronderstelling dat Karol Nawrocki een groter aantal stemmen ontving in dat district; In de andere werden 160 uitgebrachte stemmen voor Trzaskowski geplaatst in een pakket met stemmen toegeschreven aan Nawrocki. In verband met de ingediende protesten besloot het Hooggerechtshof de stembiljetten te inspecteren van in totaal 13 districtselectorale commissies.
"We hebben momenteel een voorlopige beoordeling van de situatie in 800 commissies, waar er verrassende resultaten zijn en waar statistieken duidelijk aantonen dat er iets mis is", zei de premier. Volgens hem is het Hooggerechtshof momenteel "de resultaten van verificatieprocedures afgezet", maar - zoals hij zei - "waar stemmen worden geteld, is het duidelijk dat" er manipulatie, vervalsing of fouten was, maar we weten niet op welke schaal ".
Tusk benadrukte dat burgers "het recht hebben om het echte verkiezingsresultaat te kennen."
Hij merkte op dat hij niet van plan is om bevelen of aanbevelingen aan de rechtbanken te geven, maar de verantwoordelijkheid van de regering omvat het werk van het officier van justitie. "De taak van het kantoor van de officier van justitie is niet om de verkiezingsresultaten in twijfel te trekken, maar waar een vermoeden van fraude of een misdrijf is, zal het dergelijke gebeurtenissen onderzoeken en vervolgen," zei het hoofd van de regering.
Hij voegde eraan toe dat hij verwacht dat in elke zaak waarin een protest enige rechtvaardiging heeft, het Hooggerechtshof het naar het kantoor van de officier van justitie zal sturen, zodat het "in overeenstemming met zijn competenties kan controleren wat er in de gegeven commissies is gebeurd en, waar de minste twijfel bestaat, de stemmen tellen." "Waar twijfel twijfel is - ja, laten we de stemmen opnieuw tellen. Of het 13 commissies zijn, of het 800 commissies zijn, of het 15 duizend commissies zijn," zei de premier.
Hij informeerde dat het kantoor van de officier van justitie tot nu toe ongeveer 150-160 protesten heeft ontvangen van het Hooggerechtshof. "We wachten nog steeds op deze protesten om te worden doorgestuurd om eerlijk te beoordelen waar we moeten controleren en waar we dat niet doen," voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat het recht van burgers om een protestresultaten van de grondwet in te dienen, en de instanties die zijn aangesteld om het verloop van de verkiezingen te beoordelen de verplichting hebben om alle protesten met respect en vastberadenheid te onderzoeken. Hij benadrukte ook dat men niet van tevoren kan aannemen dat de verkiezingen geldig of ongeldig zijn, de protesten moeten eerst worden gecontroleerd. "Het kan niet zijn dat iemand in Polen twijfelt of hun stem ertoe doet," zei Tusk.
Hij werd ook gevraagd naar de mogelijke ondervraging van de verkiezingsresultaten als de kamer van buitengewone controle van het Hooggerechtshof en public affairs beslist over hun geldigheid. De premier verklaarde dat deze kamer niet legaal werkt. "Is er een idee om dit op te lossen? Wettelijk, nee," herinnerde de premier zich dat president Andrzej Duda een veto uitgeeft aan een wet volgens welke de geldigheid van de presidentsverkiezingen in 2025 zou worden bepaald door het Hooggerechtshof, uit 15 rechters samengesteld met de langste dienst.
In verband hiermee deed hij een beroep op de president om het veto in te trekken. "Meneer de president, trek het veto in. Dit betekent dat we morgen rechters zullen hebben wiens beslissingen we allemaal zonder problemen zullen accepteren," zei Tusk.
De Chamber of Extraordinary Control and Public Affairs - die volgens het Hooggerechtshof bevoegd is om onder andere te beslissen over de geldigheid van verkiezingen - is samengesteld uit rechters die zijn aangesteld als gevolg van procedures voor de Nationale Raad van de Raad van de Justitie van de EU en het Court van de EU en de Court of the Court of the Court of De Court of the Court of Hof van de EU en het Court van de EU en het Court van de EU. Vóór 2018 werden verkiezingskwesties in overweging genomen door de toenmalige Kamer van Arbeid, Insurance en Public Affairs.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
Wszędzie, gdzie są wątpliwości, należy przeliczyć głosy, bez względu na to o ile obwodowych komisji, by chodziło – uważa premier Donald Tusk. Oczekuje też, by każdy uzasadniony protest wyborczy SN przekazywał prokuraturze, która będzie mogła sprawdzić, co się działo w danych komisjach.
Na piątkowej konferencji premier został zapytany m.in. czy w związku z dużą liczbą protestów wyborczych konieczne jest całościowe przeliczenie głosów oddanych w wyborach prezydenckich.
Tusk powiedział, że kiedy obywatele mają wątpliwości, trzeba zrobić wszystko, żeby je wyjaśnić. Zapewnił, że on nie ma założenia, że: „liczmy, liczmy, może uda się unieważnić wybory”. „Naprawdę nie o to chodzi. Ale te wybory nie będą ważne z punktu widzenia obywateli, jeśli nie wyjaśnimy tych wszystkich protestów” – dodał.
Przywołał przykład dwóch obwodowych komisji wyborczych w Bielsku-Białej, w których doszło do nieprawidłowości – w jednej doszło do zamiany głosów oddanych na kandydatów, co doprowadziło do przyjęcia, że większą liczbę głosów w tym obwodzie uzyskał Karol Nawrocki; w drugiej 160 głosów oddanych na Trzaskowskiego umieszczono w pakiecie z głosami przypisanymi Nawrockiemu. W związku z wnoszonymi protestami, SN zdecydował o oględzinach kart z łącznie 13 obwodowych komisji wyborczych.
„Mamy w tej chwili wstępną ocenę sytuacji w 800 komisjach, gdzie są zaskakujące rezultaty i gdzie statystyka mówi wyraźnie, że coś tam nie gra” – powiedział premier. Według niego SN na razie raczej „utajnia rezultaty procedur sprawdzających”, ale – jak mówił – „wszędzie tam, gdzie dochodzi do liczenia głosów, widać, że „dochodziło, tylko nie wiemy na jaką skalę, albo do manipulacji, albo do fałszerstw, albo pomyłek”.
Tusk podkreślił, że obywatele „mają prawo wiedzieć, jak naprawdę wygląda wynik wyborów”.
Zaznaczył, że nie może i nie ma zamiaru wydawać poleceń ani rekomendacji sądom, ale w zakresie odpowiedzialności rządu jest praca prokuratury. „Zadaniem prokuratury nie jest kwestionowanie wyniku wyborów, ale wszędzie tam, gdzie jest podejrzenie popełnienia fałszerstwa, przestępstwa, będzie sprawdzała i ścigała tego typu zdarzenia” – powiedział szef rządu.
Dodał, że oczekuje, iż w każdym przypadku, kiedy protest ma jakiekolwiek uzasadnienie, SN będzie przesyłał go do prokuratury, aby ta „mogła zgodnie ze swoimi właściwościami sprawdzić, co się działo w danych komisjach i żeby wszędzie tam, gdzie pojawi się najmniejsza wątpliwość – przeliczyć głosy”. „Wszędzie tam, gdzie jest wątpliwość – tak, liczmy jeszcze raz głosy. Czy to jest 13 komisji, czy to jest 800 komisji, czy to jest 15 tysięcy komisji” – powiedział premier.
Poinformował, że na razie prokuratura otrzymała z SN około 150-160 protestów. „Ciągle czekamy na przekazanie tych protestów, żeby uczciwie ocenić, gdzie trzeba sprawdzać, a gdzie nie trzeba” – dodał.
Podkreślił, że prawo obywateli do złożenia protestu wynika z konstytucji, a organy powołane do oceny przebiegu wyborów mają obowiązek z szacunkiem i determinacją zbadać wszystkie protesty. Zaznaczał też, że nie można z góry zakładać, że wybory są ważne albo nieważne, najpierw trzeba sprawdzić protesty. „Nie może być tak, żeby ktokolwiek w Polsce miał wątpliwości, czy jego głos ma znaczenie” – powiedział Tusk.
Został też zapytany o ewentualne kwestionowanie wyniku wyborów, jeżeli o ich ważności zdecyduje Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych SN. Premier stwierdził, że izba ta nie działa w sposób legalny. „Czy w związku z tym jest jakiś pomysł, jak to rozwiązać? Ustawowo nie” – premier. Przypomniał, że prezydent Andrzej Duda zawetował ustawę, zgodnie z którą o ważności wyboru prezydenta w 2025 r. miałby decydować SN w składzie 15 najstarszych stażem sędziów.
W związku z tym zaapelował do prezydenta o wycofanie weta. „Panie prezydencie, proszę wycofać weto. To będzie oznaczało, że jutro będziemy mieli sędziów Sądu Najwyższego, których decyzje wszyscy bez problemu zaakceptujemy” – powiedział Tusk.
Izbę Kontroli Nadzwyczajnie i Spraw publicznych – która zgodnie z ustawą o SN jest odpowiednia do m.in. rozstrzygania o ważności wyborów – tworzą sędziowie powołani w wyniku procedur przed KRS po 2017 roku. Z tego powodu status izby jest kwestionowany przez obecny rząd, który przywołuje tu m.in. orzecznictwo Trybunału Sprawiedliwości UE i Europejskiego Trybunału Praw Człowieka. Przed 2018 r. kwestie wyborcze rozpatrywała ówczesna Izba Pracy Ubezpieczeń i Spraw Publicznych.
W styczniu br Sejm uchwalił tzw. ustawa incydentalną, zgodnie z którą ważność m.in. wyboru prezydenta w 2025 r. miałby stwierdzać „Sąd Najwyższy w składzie 15 sędziów najstarszych służbą na stanowisku sędziego SN”, a nie – Izba Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych. Prezydent zawetował jednak tę ustawę.
Po rozpoznaniu wszystkich protestów, na podstawie sprawozdania z wyborów przedstawionego przez PKW, Sąd Najwyższy w składzie całej Izby Kontroli Nadzwyczajnej i Spraw Publicznych rozstrzyga o ważności wyboru prezydenta RP. Uchwała w tej sprawie zapada w ciągu 30 dni od podania wyników wyboru do publicznej wiadomości. Oznacza to, że ostatnim dniem, do którego powinno zapaść to rozstrzygniecie, jest 2 lipca br.
Supreme Court spokesman Judge Aleksander Stępkowski told PAP on Friday that he does not rule out the possibility that the number of protests against the election of the President of the Republic of Poland will exceed 50,000. He added that there is currently no date set for the meeting of the Extraordinary Control Chamber on the matter. "However, we intend to meet this deadline by July 2, although with the scale of 50,000 protests it is a huge undertaking," he said. (Pap)
nl/ pab/ mok/ sdd/
dziennik
