China en ASEAN bereiden nieuwe vrijhandelsovereenkomst voor

Ministers van Buitenlandse Zaken uit Zuidoost-Azië maakten donderdag in Kuala Lumpur hun intentie kenbaar om de economische samenwerking met China te versterken en de in 2010 ondertekende vrijhandelsovereenkomst met Peking te moderniseren.

De bilaterale ontmoeting tussen de diplomatieke leiders van de landen van de Associatie van Zuidoost-Aziatische Staten (ASEAN) en de Chinese minister van Buitenlandse Zaken Wang Yi vond plaats in de marge van het regionale ASEAN-forum, dat ook werd bijgewoond door de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Marco Rubio.

"Door deze overeenkomst te actualiseren versterken ASEAN en China hun economische samenwerking en veerkracht in deze moeilijke periode en in de toekomst", aldus de Maleisische minister van Buitenlandse Zaken Mohamad Hasan voorafgaand aan de ontmoeting met Wang Yi, die plaatsvond tegen de achtergrond van de handelsoorlog met de Verenigde Staten.

De nieuwe versie van het verdrag, bekend als ‘versie 3.0’, zal naar verwachting eind dit jaar voltooid zijn.

De chef diplomatie van Maleisië, het land dat dit jaar het roulerende voorzitterschap van ASEAN bekleedt, benadrukte ook dat het regionale blok " waakzaam moet blijven voor bedreigingen voor een open, eerlijk en op regels gebaseerd handelssysteem ", in een indirecte verwijzing naar de door Washington opgelegde tarieven.

ASEAN werd opgericht in 1967 en bestaat uit Brunei, Cambodja, Indonesië, Laos, Maleisië, de Filipijnen, Singapore, Thailand, Vietnam en Myanmar (voorheen Birma).

Gedurende de dag zullen de ministers naar verwachting ook Marco Rubio ontmoeten, op een moment dat de Verenigde Staten nieuwe tariefsverhogingen voor verschillende landen in Zuidoost-Azië hebben aangekondigd.

De nieuwe tarieven, die op 1 augustus ingaan, verhogen de tarieven op producten uit Maleisië (van 24% naar 25%), de Filipijnen (van 17% naar 20%) en Brunei (van 24% naar 25%). Voor Indonesië (32%) en Thailand (36%) blijven de tarieven ongewijzigd ten opzichte van de in april aangekondigde tarieven.

Washington verlaagde daarentegen de invoerrechten op producten uit Cambodja (van 49% naar 36%), Laos (van 48% naar 40%) en Myanmar (van 44% naar 40%).

Singapore handhaaft het basistarief van 10%, terwijl Vietnam het enige land in de regio is dat een overeenkomst met de Verenigde Staten heeft bereikt en profiteert van een verlaging van het tarief naar 20%, vergeleken met de aanvankelijk aangekondigde 46%.