Keerpunt | Interne markt van de EU: Bedrijven als wapens
De EU en haar lidstaten hebben een economisch probleem. Anders dan vroeger maken ze zich nu niet alleen zorgen over de zwakke groei – de totale economische output wordt als te laag beschouwd. Er wordt geklaagd over een gebrek aan massa. Om haar economie te versterken, richt de EU zich nu op haar kernelement: de "voltooiing van de interne markt van de EU" is bedoeld om de economische massa en de gigantische ondernemingen te creëren die de EU als een voorwaarde voor haar wereldmacht beschouwt. Daarom staan uitgebreide liberalisering en deregulering op de agenda – en daarmee de vraag wie er baat heeft bij de interne markt.
De EU ziet zichzelf als slachtoffer van een drievoudig keerpunt: China is van Europese groeimotor uitgegroeid tot een economische concurrent. Rusland wordt gezien als een militaire bedreiging voor Oost-Europa. Om beide te overwinnen, heeft de EU de steun van de VS nodig, die echter een andere aanpak kiest: Washington voert een tarievenoorlog. Volgens de Amerikaanse president Donald Trump is steun aan Oekraïne niet langer in het nationale belang. In plaats daarvan wil hij de EU betrekken bij zijn economische oorlog tegen China, iets waartoe de Europeanen slechts gedeeltelijk bereid zijn, omdat ze de Chinese markt nodig hebben als groeimotor. De wereldwijde concurrentie om macht en geld is daarmee ontketend door de VS, en het gezamenlijke Amerikaans-Europese beheer van de wereld is voorlopig ten einde. De EU betreurt het resulterende machtsverlies als een "terugkeer van de machtspolitiek", aldus het Letta-rapport over de interne markt van de EU , en als het einde van de "op regels gebaseerde wereldorde".
Wereldmachten en de rest van de wereldDat de EU haar "bestaan hierdoor bedreigd" ziet, aldus voormalig centrale bankier Mario Draghi, onthult haar ambitieuze normen: haar status als wereldmacht wordt bedreigd. In 1993 was de economische output van de EU veel groter dan die van China en ongeveer gelijk aan die van de VS. Sindsdien heeft China de EU echter ingehaald en de VS een voorsprong genomen. Het bruto binnenlands product (bbp) is met 60 procent gegroeid, terwijl dat van Europa "slechts" met 30 procent is gegroeid. Europa was ooit een technologische leider, aldus een paper van Europese technologie-experts, maar is vandaag de dag gedegenereerd tot een "digitale kolonie" van de VS, waardoor het "bestaan van de EU" in gevaar komt.
In relevante vergelijkingen van industriële, technologische, financiële en militaire capaciteiten vergelijkt de EU zichzelf met de VS en China, terwijl de rest van de wereld wordt aangeduid als "RoW" (Rest of the World). De EU beweert haar belangen in deze restregio te blijven verdedigen, aangezien haar economisch succes afhangt van ongehinderde toegang tot de wereldmarkt. "De EU is de kleinste en meest open economie van de drie (VS, China, EU) en heeft, vanwege haar dalende aandeel in het wereldwijde bbp, het meest te verliezen als er wordt afgestapt van vrijhandel en een op regels gebaseerd systeem", legt de in Brussel gevestigde denktank CEPS uit.
"Het is de bereidheid om een industriële oorlog te voeren en de uitputtingsoorlog die nodig is voor de overwinning te volharden, die de Russische plannen het beste kan dwarsbomen."
Kiel Instituut voor de Wereldeconomie (IfW)
De EU moet een "leidende rol spelen op internationaal niveau" om "haar principes en doelstellingen wereldwijd te bevorderen en te beschermen", aldus het rapport dat de voormalige Italiaanse premier Enrico Letta namens de Europese Commissie heeft opgesteld. Als eerste stap zullen leningen ter waarde van honderden miljarden euro's worden gemobiliseerd om door de overheid gesponsorde industrieën te versterken, de infrastructuur te moderniseren en, bovenal, de militaire opbouw te financieren. "Het is de massa van Europa, en daarmee de bereidheid en het vermogen om een industriële oorlog te voeren en de uitputtingsslag die nodig is voor de overwinning, die de Russische plannen het beste zou kunnen afschrikken", legt het Kiel Institute for the World Economy (IfW) de noodzaak van hogere defensie-uitgaven uit. De VS is een ander doelwit. Ten slotte "beperken zwakke veiligheidscapaciteiten de bereidheid van de EU om actie te ondernemen tegen ongerechtvaardigde tarieven."
De schulden die voortvloeien uit het industriebeleid en de militaire opbouw maken het des te noodzakelijker om de economische basis van de EU te vergroten. Gezien de relatief zwakke groei van de wereldeconomie en de wereldwijde trend om nationale markten te beschermen, is het duidelijk dat groei steeds meer ten koste van handelspartners zal moeten worden gerealiseerd.
Dit vereist dat de EU zich richt op de uitbreiding van haar interne markt op twee manieren: ten eerste door de interne markt uit te breiden met nieuwe leden, met name in het oosten, d.w.z. richting Rusland. "Eerdere uitbreidingen", aldus het Letta-rapport, "hebben Europa in staat gesteld het verlies aan relatieve gewicht te compenseren door de toetreding van nieuwe spelers." Een grotere EU is "net als gisteren het beste instrument om de Europese belangen en welvaart te beschermen." De Europese Commissie heeft daarom een kader gepresenteerd dat Moldavië, Oekraïne en de Westelijke Balkan op een "snelweg naar de interne markt van de EU" plaatst.
Doel van Europa: centralisatie van kapitaalNaast de uitbreiding is de tweede, belangrijkere stap de "voltooiing van de interne markt van de EU", waarvoor EU-commissaris Stéphane Séjourné een strategie heeft gepresenteerd. Dit omvat het afschaffen van nationale regels en wetten die nu als belemmeringen voor de vrije concurrentie binnen Europa worden beschouwd – van uiteenlopende nationale eisen voor productetikettering en de erkenning van beroepskwalificaties tot regelgeving voor de detailhandel, de bouw, het transport en de postdiensten.
De EU-lidstaten hebben deze regels en wetten ingevoerd om hun markten, consumenten en bedrijven te beschermen. Tegenwoordig worden ze beschouwd als "bureaucratische lasten voor bedrijven" die leiden tot "aanzienlijke extra kosten voor bedrijven", zo bekritiseert het Letta-rapport. "Nationale markten, ooit ontworpen om de binnenlandse industrie te beschermen, fungeren nu als een deken die het groeipotentieel ervan belemmert." Als gevolg hiervan lijden Europese bedrijven onder "een duizelingwekkende ongelijkheid in omvang ten opzichte van hun wereldwijde concurrenten, met name uit de Verenigde Staten en China." Deze ongelijkheid benadeelt Europa op tal van gebieden: innovatie, productiviteit, werkgelegenheid en uiteindelijk de veiligheid van de EU zelf.
Deze nationale barrières moeten nu worden afgebroken en de interne markt van de EU moet volledig worden geliberaliseerd, zodat Europese bedrijven de gehele EU-markt tegen lage kosten kunnen gebruiken als investerings- en afzetmarkt, om te groeien en wereldwijd te concurreren met de concurrentie uit de VS en China. "Het is tijd dat Europese bedrijven zichzelf 'europeaniseren' voordat ze zichzelf 'internationaliseren'", aldus EU-commissaris Séjourné. De hoop is dat de opkomst van nog grotere bedrijven buitenlandse investeringen zal aantrekken, innovatie zal bevorderen en een sterk imago van de EU zal uitstralen. Dit zal de EU ook in staat stellen gunstige handelsovereenkomsten te sluiten en internationale normen vorm te geven, wat haar wereldwijde expansie zal bevorderen. Liberalisering is "essentieel als we onze internationale rol willen behouden en uitbreiden", aldus Letta.
De EU ziet een bijzondere behoefte aan liberalisering in de sectoren financiële dienstverlening, energie en elektronische communicatie. Banken zouden belangrijke spelers moeten worden door middel van overnames en fusies, waardoor EU-bedrijven de nodige kredieten krijgen voor hun wereldwijde expansie. De Europese telecombedrijven zouden hun klantenbestand drastisch moeten uitbreiden, aangezien "een gemiddelde Europese operator slechts vijf miljoen klanten bedient, vergeleken met 107 miljoen in de Verenigde Staten en 467 miljoen in China." Deze aanhoudende fragmentatie belemmert de schaal en groei van pan-Europese operators en beperkt hun vermogen om te investeren en te innoveren.
Er wordt opgeroepen tot centralisatie van kapitaal, met name in de wapenindustrie. Het probleem hierbij is de fragmentatie van de vraag , die wordt veroorzaakt door nationale overheidsopdrachten die worden gegund aan een grotendeels binnenlandse industrie. Als gevolg hiervan, aldus het IfW Institute, zijn Europese "wapens vaak duur vanwege de lage productievolumes in een gefragmenteerde markt". Als Europa zijn gefragmenteerde marktstructuur in de wapenproductie zou hervormen, zou het schaalvoordelen kunnen behalen die zouden leiden tot lagere eenheidsprijzen. Deze kostenefficiëntie is "cruciaal voor het bereiken van militaire doelen", legt het IfW uit. Met andere woorden: hoe goedkoper de wapens, hoe groter de toename van het vermogen door de miljarden dollars die worden uitgegeven aan staatsbewapening.
Tegen de "nationale dwergen"Om de opkomst van grote Europese ondernemingen te stimuleren, wil de EU niet alleen de nationale regels afschaffen, maar ook de eisen voor staatssteun versoepelen. Tot nu toe mochten EU-lidstaten alleen in uitzonderlijke omstandigheden en onder voorbehoud van goedkeuring steun verlenen aan hun nationale ondernemingen. Dit is bedoeld om te voorkomen dat grote en financieel sterke EU-lidstaten hun industrieën versterken ten koste van andere. Deze zorgen worden nu opzijgezet, waardoor het voor EU-lidstaten gemakkelijker wordt om de dreigende "subsidiewedloop" met de VS en China te overleven. Ook de regels van het EU-mededingingsbeleid, die voorheen bedoeld waren om de opkomst van al te machtige ondernemingen te voorkomen, worden afgezwakt. "We hebben momenteel een mededingingsbeleid dat nationale dwergen voortbrengt", klaagt de Franse minister van Financiën Éric Lombard.
Het liberaliseringsprogramma bevat dus politiek dynamiet. Ten eerste zou de opkomst van marktdominante bedrijven in Europa tot nadelen voor consumenten kunnen leiden. Ten tweede hebben EU-lidstaten hun strategische sectoren – energie, telecommunicatie, defensie en bankwezen – beschermd uit angst tot de verliezers te behoren in een geliberaliseerde EU-markt en daarmee de toegang tot hun strategische industrieën te verliezen. Zo verzette de Duitse regering zich hevig tegen de overname van Commerzbank door het Italiaanse Unicredit .
"Een van de grootste uitdagingen is het gebrek aan vertrouwen tussen lidstaten. Denk bijvoorbeeld aan de zorg dat apparatuur niet altijd beschikbaar is in tijden van nood of dat een Europees land weigert deze te leveren", zo erkent het Letta-rapport. Tegelijkertijd wordt echter ook opgemerkt dat dergelijke nationale eisen onverenigbaar zijn met het project van 'de wereldmacht van de EU': "Of we vertrouwen op strategische schaalvergroting en verdere integratie om ons wereldwijde leiderschap te bevestigen, of we lopen het risico gemarginaliseerd te worden in een wereld die wordt gekenmerkt door concurrentie en veranderende machtsverhoudingen."
nd-aktuell