De rechtbank schort de sancties op die Bustinduy heeft ingesteld tegen Ryanair en Norwegian vanwege het in rekening brengen van handbagagekosten.

Het Hooggerechtshof van Madrid (TSJM) heeft ingestemd met het opschorten van de sancties die Pablo Bustinduy van het Ministerie van Sociale Rechten, Consumptie en de Agenda 2030 aan Ryanair en Norwegian heeft opgelegd vanwege het in rekening brengen van kosten voor handbagage. Wel heeft het bankgaranties opgelegd ter waarde van € 110 miljoen.

De zesde afdeling van de afdeling administratieve geschillen van de rechterlijke instantie heeft de door beide luchtvaartmaatschappijen gevraagde voorzorgsmaatregelen toegekend. Deze luchtvaartmaatschappijen hebben de boetes van 21 november 2024, die € 107.775.777 bedragen in het geval van Ryanair en € 1.610.000 in het geval van Norwegian, aangevochten.

De sancties die aan luchtvaartmaatschappijen worden opgelegd, zijn het gevolg van praktijken zoals het in rekening brengen van kosten voor handbagage , het in rekening brengen van kosten voor het reserveren van aangrenzende stoelen voor personen ten laste of minderjarigen en het niet toestaan ​​dat deze extra kosten contant worden betaald.

Ook zijn sancties opgelegd omdat er betaald moest worden voor het printen van instapkaarten op de luchthaven, omdat er informatie was weggelaten en omdat de prijzen op de website en die van derden onduidelijk waren.

De rechters van het Hof hebben deze opschorting van de boetes echter afhankelijk gesteld van het verstrekken van een bankgarantie van € 110 miljoen voor Ryanair en € 1,8 miljoen voor Norwegian, bedragen waarin de boete en rente zijn inbegrepen.

De rechtbank stemde ermee in de ministeriële sanctie als voorzorgsmaatregel op te schorten, aangezien het "in dit stadium van de procedure onmogelijk is om vooruit te lopen op de merites van de zaak" en omdat het "duidelijk is dat het geëiste bedrag inderdaad zeer hoog is en dat vervroegde betaling vertraging en problemen voor de schatkist van de appellant zou opleveren."

De totale boete die het Agentschap voor Consumentenbescherming heeft opgelegd, bedraagt ​​€ 179 miljoen en heeft ook betrekking op Volotea, Vueling en easyJet. Alle maatschappijen hebben tegen de boete beroep aangetekend bij de Europese Commissie en de instantie wacht op een beslissing.