Na branden en orkanen is er de onvermijdelijke gentrificatie van door rampen getroffen buurten
Iets meer dan zes maanden na de bosbranden die Zuid-Californië teisterden, kunnen veel inwoners niet terugkeren naar hun verwoeste buurten vanwege de sterke stijging van de vastgoedprijzen. Een fenomeen dat volgens de Amerikaanse pers regelmatig voorkomt na een natuurramp.
In 2018 werd Panama City, Florida, gedeeltelijk weggevaagd door orkaan Michael, waardoor veel inwoners dakloos raakten. Bijna zeven jaar later is deze kuststad met iets meer dan 32.000 inwoners "grotendeels hersteld", meldt de Wall Street Journal . "Maar het is niet meer hetzelfde als voorheen."
Het stadscentrum, ooit een rustig gebied met vervallen gebouwen en advocatenkantoren, bruist nu van de boetiekjes en brasseries. Veel woningen zijn chiquer en duurder, en de bewoners zijn over het algemeen welvarender.
In Paradise, in Noord-Californië, is het verhaal vergelijkbaar. Nadat een verwoestende brand het gebied in 2018 teisterde, "vertrokken veel van de armste inwoners, kwamen er rijkere nieuwkomers en stegen de vastgoedprijzen."
Een fenomeen dat ook de voorsteden van Los Angeles treft, slechts zes maanden na de branden die in januari vorig jaar het leven kostten aan ongeveer dertig mensen en duizenden huizen verwoestten.
Terwijl de federale overheid van de VS schadevergoedingen uitkeert aan slachtoffers van rampen, “hebben arme inwoners het moeilijker om door bureaucratische procedures te navigeren.”
Courrier International
