De groothandelsinflatiemaatstaf bleef in juni ongewijzigd

Een meting van de groothandelsprijzen gaf aan dat er in juni geen verandering was, wat een tegenstrijdig signaal afgeeft over de vraag of de tarieven de inflatie in de komende maanden dreigen aan te jagen.

De producentenprijsindex bleef gelijk, volgens seizoensgecorrigeerde cijfers van het Bureau of Labor Statistics die woensdag werden gerapporteerd. Economen die door Dow Jones werden ondervraagd, hadden gerekend op een stijging van 0,2%.

Hetzelfde gold voor de kern-PPI, waarvan ook een stijging van 0,2% werd verwacht.

In combinatie met de consumentenprijsindex die dinsdag is gepubliceerd, suggereren de gegevens dat de tarieven van president Donald Trump slechts een marginale invloed hebben op de Amerikaanse economie en de prijzen van goederen en diensten.

Hoewel de cijfers voor de algemene en kerninflatie op de groothandelsmarkt gematigd waren, stegen de prijzen van eindverbruikersgoederen met 0,3%, maar dit werd gecompenseerd door een daling van 0,1% in de dienstensector. Binnen de goederencategorie boekte tariefgevoelige communicatieapparatuur een stijging van 0,8%. De kernprijzen van goederen stegen eveneens met 0,3%.

Tegelijkertijd werd het PPI-niveau voor mei, aanvankelijk gerapporteerd als een stijging van 0,1%, opwaarts bijgesteld naar een stijging van 0,3%. Een stijging van 0,3% voor goederen is de grootste stijging sinds februari, meldde het BLS.

Op jaarbasis steeg de PPI met 2,3%, vergeleken met 2,7% in mei. Dit is het laagste niveau sinds september 2024. De kern-PPI bedroeg 2,6% op jaarbasis, de kleinste stijging sinds juli 2024.

De futures op de aandelenmarkt stegen na het rapport, terwijl de rendementen op staatsobligaties daalden.

Het BLS meldde dinsdag dat de consumentenprijsindex, die meet wat consumenten betalen voor goederen en diensten, een maandelijkse stijging van 0,3% liet zien en een jaarlijkse inflatie van 2,7%. De kerninflatie bedroeg 2,9% op jaarbasis.

Alle BLS-cijfers voor de jaarlijkse inflatie liggen boven de 2%-doelstelling van de Federal Reserve. Trump herhaalde dinsdag echter zijn eisen dat de Fed de basisrente gaat verlagen om de leenkosten voor de VS te helpen verlagen.

De markten schatten echter vrijwel geen kans in op een verlaging wanneer de Fed eind juli bijeenkomt, en hebben de kans op een renteverlaging in september steeds kleiner gemaakt. Fed-functionarissen hebben aangegeven voorzichtig te blijven over de impact van de tarieven op de inflatie en geloven dat de Amerikaanse economie nu sterk genoeg is om de impact af te wachten voordat ze rentemaatregelen nemen.

Volgens de PPI-cijfers stegen de energieprijzen in juni met 0,6%, terwijl de voedselprijzen met 0,2% stegen. Binnen de categorie voedsel daalden de prijzen voor kippeneieren met 21,8%.